VON SOLO en HET MES: een Spyderco PM2 met zwart lemmet


Afgelopen week stond ik met een paar collega’s buiten te praten. Op een gegeven moment vraagt er één, of hij mijn mes mag zien. Een moment twijfel ik of dit wijs is, maar besluit het risico te nemen en overhandig hem mijn zakmes. Gezien ik een liefhebber ben, die zijn zakmes meermalen per dag gebruikt voor simpele dingen als appels schillen en dozen opensnijden, heb ik een goed stuk gereedschap. Het is een Spyderco PM2 met zwart lemmet van tweehonderdvijftig ballen. Het mes heeft drie grote voordelen boven de meeste zakmessen. Het weegt ongeveer de helft van een standaard mes, heeft een zwart lemmet, waardoor het kleiner lijkt en je kan het met een hand razendsnel openen en sluiten.

Mijn collega heeft het mes nog niet goed en wel in zijn hand of hij begint te zeuren dat het een illegaal mes is. Daarop werp ik tegen, dat ik er zelfs laatst nog de rechtbank in Rotterdam mee ben binnengewandeld. Uiteraard moest ik het bij de beveiliging afgeven, maar ik kreeg netjes een nummertje waarmee ik het na de zitting weer kon ophalen. Daarop begon mijn collega de kaart te spelen, dat ik hem het mes zelf gegeven had en we niet hadden afgesproken, dat hij het zou teruggeven. De andere collega die erbij stond hield wijselijk zijn mond. Het was namelijk zijn leidinggevende. In mezelf dacht ik even na en zei verder niets. Het voelde weer een beetje als het schoolplein vroeger. In mijn hoofd repeteerde ik de rechtse hoek en het knietje in het kruis, dat nodig zou zijn om mijn collega uit te schakelen. Het verbaasde me, dat ik in mijn hoofd al zo ver was. Enigszins uitdrukkingsloos staarde ik mijn collega aan. Hij talmde nog even en gaf me toen het mes terug. Dat ik rustig weer van hem aannam en even omhooghield, alvorens het weer in mijn zak te steken.

Later die week tijdens de lunch besprak ik dit voorvalletje met mijn leidinggevende. Ik had het namelijk als naar ervaren, maar wist voor mezelf ook, dat het geen zin had hierover te gaan zeuren. Het lastige aan dit soort zaken is, dat het altijd dingen zijn die als ‘grapje’ bedoeld zijn. Maar dat zijn ze dus niet. Het heeft altijd een andere bedoeling, want er is niets grappigs aan. De bedoeling van mijn collega was waarschijnlijk om me uit mijn tent te lokken en te kijken hoe ik zou reageren. Eersteklas haantjesgedrag. Het was natuurlijk het mooist geweest als ik iets stoms had gedaan. Want daar azen zulke types op. Ik verbaas me daar al lang niet meer over en laat het over mijn kant gaan. Daarbij was er niets misgegaan. 

Toch vatte mijn leidinggevende het zwaarder op. Dit viel onder ongewenst gedrag en pesten op de werkvloer. Ik gaf aan er zelf niets mee te doen. Iemand die zoiets doet krijgt bij mij gewoon een kruisje achter zijn naam. Aan de andere kant snap ik het ook weer wel. Want hij zal dit soort geintjes zeker ook bij anderen uithalen op allerlei andere manieren. Ook bij mensen die er minder goed tegen zijn opgewassen. Onder de streep verbaast het me gewoon wel, dat iemand op vijftigjarige leeftijd nog steeds dezelfde geintjes uithaalt als op het schoolplein. Dat ook daar nog een hoop onverwerkt verleden zit.

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl

Share This:

Mirjam Al 8: voor Simon – die stem van gouddraad in schapenwol…

www.pomgedichten.nl heeft het exclusieve recht gekregen om 65 teksten van Miriam Al tweewekelijks op de woensdag te publiceren – dat gaan we doen! de teksten zijn door haar helaas overleden vriend Merik van der Torren nog net voor zijn dood uitgetypt en van een nummer voorzien én in een blauw mapje gedaan. vandaag tekst nummer 8 – dank je wel Merik – dank je wel Mirjam Al.

Share This:

pom wolff – voor ons en voor even…

foto: Ben Kleyn


voor even

hoewel we
kijk nou schrijf ik het weer
de momenten genoten

omdat momenten bevestigen
voor ons en voor even
zodat wij bestonden

ook weer vergingen
en wij tegelijkertijd wisten
dat het meer was geworden

meer dan het was
meer nog
dan we zelf wilden weten


pom wolff

Share This:

Peter Posthumus: ‘hoe dat alles werd gesmoord…’


Hoe het begon :
de wereld ver en onbegrepen
het leven zo onmiddellijk
met gehuil of wat geschreeuw
te moeten vechten
op leven en op dood

hoe het leven ooit
in bloei stond :
het ging lukken, het kon
het gebeurde met gemak
feestelijk in alle eenvoud
vele zaken, grote dingen

hoe dat alles werd gesmoord
in plichten, in schiet te kort
mislukte of ging ten onder
in is verantwoord

wat ging het snel, wat vlug
de wereld weer
ver en onbegrepen
het leven zo onmiddellijk
nog even en het gaat
de weg van al het vlees

Peter Posthumus

Share This:

Peter Berger en het jaarlijkse etentje: ‘..als je nergens bij hoort, ben je overal thuis..’


Het jaarlijkse etentje was ronduit amusant. Oude vrienden, ouwe koeien! Maar eerst dronken we een spreekwoordelijke borrel, omdat dat nu eenmaal zo hoort. ¨Petertje weet altijd alles beter,¨ zei ´ie, ¨net als vroeger.¨ Compleet uit de lucht gegrepen, nog voordat ik de kans kreeg om serieus in te haken op zijn minzame opmerking over de politiek. De formatie. De democratie. Het gekonkel. Het laatste nieuws. Wetende dat de goede man altijd gedwee meegaat in het Haagse narratief deed ik er inhoudelijk maar het zwijgen toe. Jeugdvriend. Lagere school. Goede vrede. ¨Haha. Nog altijd even tegendraads,¨ grapte hij desondanks, om vervolgens tussen neus en lippen door twee bier te bestellen. ¨Juffrouw!¨ Met veel kabaal. ¨Twee vaasjes om de kelen te smeren.¨ Het meisje keek me aan met een blik vol ongeloof. ¨Voor mij een Spa rood graag.¨ Ze knikte instemmend. Dat meiske. Ik ken haar van om de hoek.

Ik probeerde het punt te maken dat, hoewel ik dingen vaak wel anders zie, ik geen intentie heb beter te weten. Proberen begrijpen is al lastig genoeg. Lukt zelden. Uitzoomen. Onze zintuigen zijn nu eenmaal beperkt. Sta in de weg. Dat sloeg aan. Tegendraads! ¨Weet je nog? Iedereen spaarde voetbalplaatjes maar jij was helemaal bezeten van je bonte verzameling schedels.¨ Op de vensterbank in mijn slaapkamer prijkte inderdaad een lange rij in chloor gebleekte mini doodskoppen. Meeuw. Rat. Kraai. Mol. Konijn. Haas. Enzovoort. Wit als schoolkrijt. Ik liet geen gelegenheid onbenut om gevonden kadavers te decapiteren. Stad en land heb ik afgestruind. Droomde stiekem van grotere exemplaren. Kat. Vos. Hond. Geit. Ezel. Een en al schoonheid. Maar eer het zover kwam, lag de complete collectie al in de vuilnisbak omdat ik mij inmiddels aan het bekwamen was in het maken van de ultieme pijl en boog. Boemerang. Catapult. Avontuur overal.

¨En toen iedereen Levi´s droeg, ging jij voor een versleten Lee. Of droeg je die belachelijke blauwe afgeragde bootschoenen met witte zolen terwijl suède met spekzolen de trend was. Bordeelsluipers. Weet je nog?¨ I confess. Middelbare school. Maar is dat betweterig? Tegendraads? Als ik er al een intentie mee had, was dat hoogstens omdat ik op basis van uiterlijke kenmerken niet bij een bepaalde groep wilde horen. Ik wil ook nergens bij horen. Want als je nergens bij hoort, ben je overal thuis. Krakers. Punkers. Kakkers. Koninginnen. Criminals. Corpsballen. Discussie? Dat was nog maar het voorgerecht. 

Als hoofdgerecht moest er per se biefstuk komen. Saignant. Nee beter nog. Bleu! Lauwwarm rauw koebeest. ¨Gewoon om een keertje te zondigen,¨ zei ´ie likkebaardend; het vlees steeds schertsend boefstuk noemend. Bij hem thuis ondenkbaar, maar hij wist dat ik er geen bezwaar tegen zou hebben. Helemaal juist. Onder het genot van de bloederige vleeshomp wist hij het zeker: ¨Over een paar jaar eten we allemaal gewoon kweekvlees. Geweldig! Heb je het nieuws niet gezien?¨ Hij wist me te vertellen dat een kilootje kweekvlees nu ergens rond de zeshonderd euro kost, en dat de prijs bij verdere schaalvergroting zo ver zou dalen dat die boerenschoften binnenkort allemaal wel zouden kunnen inpakken. Dat wist ik niet, dat van die kiloprijs, maar ik hou wel van dat soort feitjes.

¨Okee,¨ zei ik, ¨een kilootje laboratoriumvlees is nu dus ongeveer even duur als een complete koe, dus er moet nog wel wat water door de Rijn stromen eer die twee in lijn zijn.¨ Volgens hem zou dat echter heel rap kunnen gaan omdat iedereen tegenwoordig wel inziet dat kweekvlees de oplossing is voor alle ellende in de wereld. ¨Dat boerentuig heeft straks het nakijken!¨ Sorry, maar zoveel disrespect kan ik niet aan. Ik probeerde hem derhalve uit te leggen dat ik daar toch wel anders over denk. Namelijk, dat we eerst vooral moeten nadenken of we de boerenstand, klootzakken of niet, wel willen inruilen tegen grootindustriëlen die dat soort ontzield fabrieksvoedsel stelselmatig door onze strot zullen willen gaan duwen. Dat gebeurt ook al met vegan. ¨Het zijn industriële voedingsmiddelen, die vegaburgers, en daar ben ik niet zo van,¨ poogde ik uiteen te zetten. “Geef mij maar vers. Ik heb nog nooit een potje pastasaus gekocht. Hou trouwens wel van pasta met paddenstoelen.” Dat bevestigde zijn standpunt. ¨Zie je nou wel! Petertje weet alles beter. Nog steeds!” riep ‘ie triomfantelijk. 

Dan het dessert. Dame Blanche? Dat kon echt niet meer. Volgens hem. Inclusiviteit. Daar draait het om. Het ijs? Koud, romig en stroperig. ¨Jij bent nog niet erg Woke, zie ik, maar dat komt vanzelf nog wel.¨ Volgens hem. Omdat het niet anders kan. Logica enzo. Hij lichtte toe dat hij er eerst ook weinig van begreep, van Woke, maar dat z´n derde vrouw hem daarin de weg had gewezen. Adam en Eva? Ik kon er niks mee, maar weerstond de verleiding hem eraan te herinneren dat ie vroeger toch vooral z´n lul achterna liep. Een ragfijn spel. Volgens Heer Bommel; en daar begrijp ik nu eenmaal weinig van. “Je hebt helemaal gelijk,” antwoordde ik daarom maar, “maar ik stel wel prijs op het recht om ongelijk te hebben.” Dat snapte hij dan weer niet. Ook goed. Volgend jaar zien we verder. Alles is.

PETER BERGER

Share This:

Erika de Stercke wint de enige echte virtuele – ja ga er maar aanstaan – trofee op pomgedichten.nl – Cartouche zilver

voor mij – onder dankzegging natuurlijk voor het insturen van die prachtige zondagochtendpoëzie door alle dichters – gemiddeld hoge kwaliteit dank jullie wel – wolfje hoeft zich niet te ergeren – maar twee gedichten springen er uit – zeg maar goud en zilver – van harte proficiat voor Erika de Stercke goud! het thema op zijn jan arends op bijzondere en kale wijze ingevuld met existentiële pijnscheuten – en omdat we van de romantiek zijn – de zwarte en zware dus de echte – zilver voor Cartouche – als cartouche de cartouche bombarie – het teveel van Cartouche – weglaat uit zijn gedichten krijg je als lezer wonderschone bijna zwevende poëzie – van harte!


onder het dak

in de kamer
bij het vale licht 
geen toegiften 

waarom mezelf
nog bewijzen 
ga weg jij 

zo wil ik het nu
in de leegte 
van niet spreken 

de nacht
wordt van mij 
voor altijd

Erika De Stercke 

een stercke Jan Arends hier – bij erika gaat het altijd over ik en jij – bij jan arends alleen over het ik geplaatst in die boze buiten wereld. maar de kaalheid is treffend en ook toepasselijk in dit gedicht – de hij moet eruit, wegwezen jij, het pand uit: weg jij – wat rest is iets van pijn stilte en de leegte die hij achterlaat. mooi!

Opgave

men kan zoveel
woorden schrijven of vuil maken
maar tijd is altijd relatief en ruimte
om in te nemen beperkt

het enige wat voor mij valt
te doen is bewegen, blijven
buiten de geijkte kaders
om ons heen – in de geest

delven naar
wat geboren wil worden
de zin die iets te zeggen heeft
weet van hoe te bestaan

ga er maar aanstaan
de opgave, van een vol leven
een existentie zonder weerga
tot de laatste snik

een paar scheppen
haar vormgeven en neerlaten
op een vel, aanhoudend de pijn
-troost van het pogen


19-04-2024 / Cartouche

een gedicht om een paar keer te herlezen maar wat dan blijft is een uitleg, een min of meer te begrijpen uitleg die overgaat in iets wat zachte zware romantiek genoemd kan worden. ik houd van dit soort poëzie. en het is mooi als Cartouche de bombarie – zijn vaak  teveel –  weet te elimineren en dat is hier het geval. cartouche op zoek naar: ‘de zin die iets te zeggen heeft’ – ja daar vallen we voor.
  • Cartouche – tijd is altijd relatief
  • Rob Mientjes – data-isme
  • Frans Terken – een kop thee
  • Etwin Grootscholten – iets met een fiets
  • Rik van Boeckel – aan het firmament van vrije wegen
  • Anke Labrie – uitgebeend
  • Vera van der Horst – dat me raakt dat raakt me
  • Erika de Stercke – in de leegte
  • Babak – laat me jou
foto: Ben Kleyn

wie wint de enige echte virtuele – ja ga er maar aanstaan – trofee op pomgedichten.nl?
deze week gaan we voor de kaalheid in de poëzie –  niet de boodschap, geen moralisme maar iets van  jan arends – hoe het gedicht ook loopt of afloopt – de woorden bieden iets existentiëels aan de lezer – ja ga er maar aan staan – de existentiële pijn trofee met of zonder pijnscheuten – haha –  nu binnen uw bereik. en u kent de regels: gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 8 uur. stuur in op het u bekende gmail. com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.
 
 
dit

dit wil niets verdedigen
niets rechtvaardigen
dit wil niet overtuigen
dit wordt alleen geschreven
om dit te laten zien
 
ik bedoel wil je rib krijg je rib
en mijn schouderkarbonade
had je al

maar geheel los daarvan
en wellicht overbodig maar dan toch
hier ben ik

er zijn open plekken
en ook blauwe
gaan we weer eens samen huilen?


 pom wolff


 

Vanochtend de documentaire ‘The Waste Land’ van Chris Teerink gezien in de Cacaofabriek van Helmond. Uitgangspunt vormt het gedicht van T.S. Eliot, bekend bij jou veronderstel ik. Ik was er in ieder geval door geroerd, zeker met de beelden en het commentaar erbij. En dan de muziekscore van Blaudzun niet te vergeten. Wijze woorden ook van Ilja Leonard Pfeijffer. Dataïsme een voltreffer. Niet te verwarren met dadaïsme. Ga dat zien. Hij draait nog in Eye.
https://filmkrant.nl/interview/iffr-2024-chris-teerink-over-the-waste-land
Hier mijn dichtwoorden bij de zichtdaad.


Dataïsme

Verslagen is mijn woord
Beeldspraak verstomd
Netvliezen breken
Geboorte van AI

Data zijn de doodsteek
Apen en drones worden wild op
Planeet van bits en bytes
Lineair is de schrik 

Zelfs de tijd is ongerust
Beperkt en beheerst door data
Land gemeten in X en Y
Stapeling van geweld

Kwaliteit van leven
Bepaald door nul en een
Ruimte berekend in kwadraat
Industrie gevoed door informatie

Onderliggend en hoe onwijs
Is mijn verlangen
Naar wat verwonderd
Niet te verklaren is

Liever leven in chaos
De weg kwijt raken
In bossen zonder controle
En liefde van het slot


Rob Mientjes

de woorden leiden uiteindelijk naar die in de laatste strofe waarin de ontmenselijking eindigt in een levendige mensenwens. een mooie samenvatting in statements van wat dataïsme genoemd wordt.


Teveel

Twee bekers
is een te veel
voor mij

een kop thee
maar niet
te warm

van een schotel
een voetenbad 
drinken

het valt niet goed

geef mij
een glas vol
bij een open raam

om te doorzien
dat lijf en geest blijvend 
vocht vraagt


© FT 19.04.2024

een poging om te schrijven zoals jan arends schreef – in dunne bomen en vertakkingen. de existentiële pijn van jan arends is niet aan de woorden meegegeven – de vorm gehaald de inhoud minder.
Etwin Grootscholten: ‘Als ik het begrepen heb, is dit mijn inzending.
Fijn weekend, Pom! Etwin’ –

dat etwin ook een fijn weekend mag hebben – die groet is wederzijds – dichter speelt met de inhoud van de woorden en hoopt dat de lezer mee gaat in het onwaarschijnlijke om met een glimlach te eindigen – de lezer is nauwelijks onderweg of de weg wordt onder zijn voeten afgebroken


De tijd van jong tot oud

Als je eergisteren jong was
ben je nu een volwassen baby
overmorgen een oude kale grijsaard
en als je het leven verlaat
een zoekende ziel die tranen achterlaat
zoveel herinnering omarmt ‘t hart

als je vandaag volwassen bent
en eergisteren een rebelse puber
ben je morgen een veelzijdige ster
aan het firmament van vrije wegen
en overmorgen een oude levende ziel
die niet meer in het verleden valt.

Rik van Boeckel

rik filosofeert het thema door de tijd en levensfasen heen. de rebelse puber die uitgroeit tot een veelzijdige ster. mooie beelden maar ook het noodlot en het verval gaat de dichter niet uit de weg – wording en verwording het is allemaal genade zou reve zeggen – rik van boexkel zegt – het is allemaal een kwestie van tijd. de tijdelijkheid een gegeven.

gestript gedicht

elk woord
werd 
door hem 
uitgebeend
 
in die kale taal
bleef hij   
ontheemd

zelfs in de beste
raamvertelling 
zal hij later
ook altijd  
ondoorgrondelijk 
blijven

(i.m. Jan Arends)


anke labrie
20-04-2024

een I.M. Jan Arends – en niemand kon in taal zo karig schrijven als Jan Arends. niemand kan in taal zo karig een treffend I.M. schrijven als Anke Labrie.
Eén

De ochtend
komt altijd
alleen
om mij
te verwijten

De ochtend
verwijt mij
dat ik
de nacht
verjaag

maar het was
de honger
nu blijf ik
wakker
tot de dood
me verlost


Twee

De nacht
is bevriend
met mijn
vijanden
dat helpt
 
De ochtend
is altijd alleen
met mij
hij haat me
schopt me
de dag in

Ik
struin door
de dag
verlang niets
krijg wat
ik niet wil

Drie

De avond is
een sluipschutter
ligt verborgen
achter een
glimlach
ik grijns

De avond
heeft alles
wat ik wil
en niet wil
dat me raakt
dat raakt me

De avond laat
me leven
kijkt terug
en vooruit
een huichelaar
dat is het


Vera van der Horst

ook hier weer de vorm goed getroffen en zelfs ook de pijn is navoelbaar – maar het is wel teveel. jan zou van het vele een gedicht maken. de andere woorden en regels en zinnen zou hij uit de tiepmachine trekken en verfrommelen met de verbeten woede die hij kon opwekken bij zichzelf. zoals dat te zien is in de film die met hem en van hem gemaakt is op het roelof hartplein onder andere. ik doe een poging om het geheel te ver-arend-sen.


De ochtend
verwijt mij
dat ik
de nacht
verjaag

 
De ochtend
haat me
schopt me
de dag in

Zo krijg ik
wat
ik niet wil


Laat me jou lief hebben
met mijn huidige ik
die van toen is er niet meer  
 
Laat me jou beminnen
met wie ik nu ben
die van toen wist niet beter
 
Laat me jou haten
voor betere redenen
die van toen lijken zo absurd
 
laat me jou zwijgen
voor nu
en voor later

Groetjes
Babak

de tijd heelt alle wonden zoals babak haar lijkt te helen in het zwijgen – al wordt er wel toch en wederom een gedicht aan haar geschreven. ik hoorde zaterdag een wetenschapper die doorgeleerd had in geluk. hij besprak de top drie van de mens gelukbrengend/makende zaken – 1 -niet teveel maar ook niet te weinig geld op je rekening – een tonnetje is precies goed – 2 – het hebben van een goede relatie en – 3- het vermogen om negatieve gevoelens in korte tijd – zeg maar binnen een uur – te elimineren. dit gedicht voldoet in ieder geval niet aan punt 3.

Share This:

pom wolff – vrouwen

foto: ben Kleyn

vrouwen
 

vrouwen kunnen alles tegelijk
de liefde bedrijven
zuurkool in de gaten houden
flirten met de buurman door het keukenraampje
 
door de week naar het werk zonder klagen
stof afnemen, ongesteld zijn, uien snijden
kinderen krijgen, collega’s pijpen
al wil het ramenlappen er wel eens bij inschieten
 
vrouwen zijn ook makkelijk in de omgang
wat je ook zegt, het is altijd goed
 
pomwolff

Share This:

VON SOLO stelt de letters en de woorden veilig


Het spookt in mijn hoofd. Het stormt schaduwen. Wolken schuiven aan de hemel voorbij in ijltempo en laten flarden van groen en rood, stroboscopisch licht door. Ik zou bijna denken, dat ik voor een stoplicht sta, maar daarvoor gaat alles veel te hard. Dan ineens komt het tot stilstand en is alles stil. Alsof er geen geluid meer is. Als in een betonnen kelder onder de grond. Enkel mijn eigen ademhaling is nog hoorbaar, één ademteug, dan maak ik me stil. Enkel mijn hartslag voel ik zelf nog. Regelmatig en krachtig, maar rustig. Het is donker. Soms flikkert er even een tl-balk. Ik sluit mijn ogen en probeer iets te horen. Enkel elektrische ruis. Dit zou wel eens een lange nacht kunnen worden, als ik geen veilige plek vind, waar ik de slaap kan vatten. Op de tast zoek ik een weg naar buiten. Een trap die naar boven leidt. De kou komt me tegemoet, maar is altijd nog beter dan de stilte. Het gieren van de ijskoude wind in een gitzwarte nacht. Er zijn enkel contouren te onderscheiden. Ik kruip onder een tafel in een bijkeuken zonder ruiten in de sponningen en ga zitten bibberen in een hoekje. De tijd verdwijnt. Het heeft ook geen zin meer. 

De jeuk tussen mijn tenen is het eerste dat ik ontwaar, terwijl ik langzaam weer bij mijn positieven kom. Ik hoop, dat alles weer normaal is en ik weer in mijn bed lig, maar dat is niet zo. Het is een ziekenhuisbed op een kamer, waar verder enkel drie lege bedden zijn. De deur is dicht en de gordijnen ook. Mijn enkels en polsen zitten met leren riemen aan het stalen frame van het bed vast. De overweging te schreeuwen onderdruk ik. Dat zou enkel het verhaal compliceren en erger te weeg kunnen brengen. De lijn van de hartslag op de monitor naast het bed is regelmatig en rustig. Er is geen piepend geluid. Enkel het geruis van warm water in de verwarmingsbuizen van de centrale verwarming. Het ruikt steriel. Honger heb ik niet. Dan wordt het licht heel fel en ik zie niets meer.

Een immense donderslag en bliksemflitsen halen me uit mijn slaap en doen me rechtop veren in mijn bed. Naast me ligt de echte wereld te snorren. Buiten is een tempeest aan de gang. Mijn horloge zegt, dat het half vier in de nacht is. Ik knijp mezelf in mijn arm en zet mijn benen naast bed. Als de dood, dat een hand vanonder het bed mijn enkel zal grijpen. Mijn voeten glijden in mijn slippers en ik sluip naar de badkamer om af te wateren. In de spiegel kijk ik niet. Dat durf ik niet. Dan ga ik zo stil als ik kan, weer naar bed en schuif voorzichtig nog even de gordijnen open en zie de lichtjes van het Nationale Nederlanden gebouw. Het bed is nog warm. Alles lijkt zo echt nu, zo midden in de nacht. Slapen durf ik niet meer, te onzeker over mijn lot. Er lijkt geen ontsnappen aan. De vlakken beginnen weer te hellen. Dan glijd ik weg.

Mijn pen krast het papier en de zon schijnt op mijn bureaublad. Er is geen enkele plek, waar je voor altijd kan schuilen. De letters en de woorden stel ik veilig. En stuur ze ergens heen, waar ze vrij kunnen zijn. Als vluchtelingen uit een oorlog die nooit ophoudt.

 

VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl

Share This:

VERA JONGEJAN over de tulpen die uit hun bol gaan


Het is lente in de winter
veel te warm
sombert de wetenschap

stiekem vind ik het wel lekker
bomen als nerveuse bruiden 
struiken vlammend geel 
tulpen uit hun bol
en de mussen bakkeleien 

alleen de hommels zijn verdwaasd en traag
opwarming van de aarde
ze hebben het niet goed begrepen.

VERA JONGEJAN

werk van Vera is te bewonderen dit weekend in LOODS 6 Amsterdam:

Share This:

wat de dood is volgens Anne Nederkoorn – de deze week overleden dichter

de deze week overleden Anne Nederkoorn presenteert drie gedichten inhet youtube filmpje – in het tweede gedicht filosofeert zij over wat de dood volgens haar is. wij van hier wensen haar dierbaren sterkte.

Share This: