
[DÉTOUR DE FRANCE – mettant en vedette: Wilfred Alloy – 6 t/m 28 juli 2019]
Etappe 1 za 6-7: Brussel (Bel) – Brussel (Bel) (194,5 km, vlak)
De (Duh) Tour de France is weer begonnen. Zonder Dumoulin (Du), Froome, Cavendish, Meintjes, Slagter, Breukink, Rooks, Zoetemelk, Kuiper, Smeets, Janssen. Slechts elf orange mannen dit jaar. Het laagste aantal sinds 2011. Soit. Circus Wielerknie gaat sowieso door. En zal die hele tour u verder worst en klein bier wezen, dan heeft – tromgeroffel graag – café De Kantelaar ook nog wel een hapje en drankje klaar staan (oh, op díe fiets), al is via Google Maps de toegang tot het café versleuteld (dat zeg ik, buuf: wij zijn van het échte leven).
Hier alles onder controle, zou je dus denken. Toch schieten we niet soepel uit de startslokken – mag ik dat zo zeggen, terwijl u reeds met de eerste kantelcontouren wordt geconfronteerd? – qua verslaglegging van zaken die voor je geestelijke balans soms beter verzwegen kunnen worden. We moeten het vandaag even met niemand meer dan Wilfred Alloy doen. Met mij dus, de snelverzer. Boodschapper en presentator Josse Ketting namelijk, zelf een verwoed roestrosrenner, tot op zeker nog veilig niveau dan (tijdens het biken niet op je mobiel klooien of eikenprocessierupsenjeuk in al dan niet verafgelegen lijfstreken averechts trachten weg te krabben, wel stoppen voor rood en mensen aan een zebrapad, hand uitsteken voor het afslaan, ook overdag lampjes, dat brave werk), heeft vanmiddag tijdens zijn eigen ‘Tour de Beauleau’ (Bos & Lommer) na een iets te krachtig accelereren zijn toch al sinds enige tijd zorgwekkend slap om het rad hangende ketting onherstelbaar moeten zien lossen (what’s nearly in a name?) en heeft, plots dramatisch immobiel en van alle hete lijnen verstoken, niets van de etappe van vandaag en haar verbale omwegen kunnen volgen. Hij reed zijn persoonsgebonden rit vanaf Beauleau helemaal tot in het net nog Nederlandse Aalten, moet u weten, vraag me niet waarom. O, u vraagt het wél? Een zilveren bruiloft was het. Omweg uitgesloten. Hij moest er zijn. Ja, Aalten. Op doping uiteraard (van ene Maarten D. gekregen), anders red je zoiets niet.
Alle gekheid op een circusfiets, toute la folie à vélo de cirque: Ketting was er gewoon niet. Vandaag geen Herbertje van de Dag derhalve, geen Ducrootkwoot, zelfs geen top drie van het algemeen orangement. Overigens, omwegen zullen in verschillende vormen de rode draad blijven. Details van het feitelijke parcours en de avonturen der rapwielers worden u immers van alle kanten reeds toegeschreeuwd. Wat valt eraan toe te voegen? P’cies, buuf. Dat zeg ik, ik bedoel, dat bedoel ik. Vandaar de naam van deze serie: Détour de France.
‘t Is de poëzie… De noëzie…
Wie zullen er nog meer passeren? Good old barman Nelis natuurlijk, door vrinden in een vrolijke bui Ranke Nelis geheten. Of passeren? Hij staat. En hij is heus een gratenpakhuis. Nu ja, gewoon gezond slank. Geen Ducrot. Drinkt ook geen druppel alcohol. Op papier. In functie. Dus: geen gezellige dikkerd en drinkerd. Niks eufemistisch aan dat ranke. Maar ja, net zoals de Manke en tante Leen in haar Nieuwendijktent destijds deden, heft Nelis soms een lied aan. Een enkele keer wordt hij kort gehouden, zoals de bard Assurancetourix in de stripreeks Asterix. Hoe dan ook, gezellig is het wel met Nelis. Verder kunnen er dranklocaal Bekende Nederlanders langskomen. Daarover is nog niets bekend.
Iets over de te hanteren spelling in de snelversomwegen. Mijn eerlijk vals platte Amsterdams in de voordrachten zal niet meer in de stukken terug te vinden zijn (zuiver plat ging trouwens ook de etappe van vandaag, begreep ik, van en naar Brussel vanwege de 50e verjaardag van Eddy Merckx` eerste tourzege). Geen ‘toer de frans’ en ‘sjas petat’. Men dwingt me voor vrijwel niets, zeg twee niet-geregistreerde dus waardeloze consumptiebonnen, een bundel uit te brengen – nou, zelfs de straatstenen weigeren mijn producten, en wat ze gelijk hebben, die straatstenen! – dus de dikke vandalen kijken intimiderend mee bij het dagelijks zwart-op-witwassen van causerie en voordracht. Wilde bijdragen van het publiek die de geluidsopnamen vertaalbaar hebben gehaald zullen ook direct worden gedeletet. Saai hoor. Maar goed, dan staan de dingen wel gelijk bebundelbaar op papier, er zit wat in. Dat gelal tussendoor leidt ook alleen maar af van de poëzie. Dichteres en krakende-kroegloopster Altonice Rieding (kantelkoningin Altoos) heeft me dit alles tijdens een knus nat gehouden samenzijn – volle glasbak – imperatief ingefluisterd en de gek heeft ja gezegd. Zij heeft ook deze inleiding geredigeerd (misschien wel geheel zelf geschreven, de houten katerknar weet het niet meer terug te halen). Vreemd lang-en-breedtalig is ’t wel. Ach, ik kan eigenlijk enkel sneldichten. By the way, bij de omweg, er was in de aanloop naar de Détour al enige spellingsdiscussie over ‘Ducrootkwoot’. Die journalistieke levensvorm heet namelijk Maarten Ducrot. ‘Ducrotquote’ zou op z’n françoos correct zijn, maar het ingebakken rijm is heilig: de tandklank T dient doorgetrokken. ‘Ducrotquo’ (spreek uit: duh crookwoo) is helemaal niks. We houden het bij het oude, met ‘Krootkwoot’ als vrolijk alternatieve crootnoot. Oké. Morgen onze bondige Josse weer.
Afronden nu. Om het gemis van HvdD en DK draaglijk te maken herhaal ik het eerste Herbertje van de Dag dat Josse twee jaar terug als zodanig noteerde en de ergste Ducrotwoorden diezelfde dag (Andere Tijden Sportverslag, 07.07.17):
HvdD: ‘De wind is grotendeels in de rug, dat betekent doorgaans makkelijk fietsen.’
DK: ‘Dat is óók wielrennen: dat je die afstand moet overbruggen.’
Het blijven doordenkertjes, mensen. Tot slot, waar het uit-eigenlijk om gaat… Maar niet voordat… Nu ja… bedankt, Altoos. Zijn we d’r klaar voor, Kantelaars?
ROEPT U MAAR
“Aan het elastiek hangen!”
Maar net op de pedalen, pas wakker het publiek,
een arme ziel hangt nu al eenzaam aan het elastiek.
Hij voelt dat als de fietsclub een ietsje harder trapt
het elastiek waaraan ie hangt bij ’t minste zuchtje knapt.
Dan zakt ‘m in de schoenen veel meer nog dan de moed.
Daar staat ie uitgeteld, als ’t ware in zijn ondergoed.
Van alles neergevallen en om hem heen verspreid.
Maar we zitten hier gebeiteld en we zitten hier geheid!
[klapklapklapklapklap]