Zondagochtend in bejaardentehuis de Flesseman.
Onder mijn huid, prikken de tranen, de tranen om de oude wrakken om me heen, die hulpeloos gevangen zijn in hun rolstoelen. Terwijl het Weespertrekvaartmannenkoor het ene na het andere sentimentele zeevaart lied zingt
Ook hier krengerig wijven gedrag. Als vroeger op het schoolplein. Ik hoor een zeer kwetsbaar uitziend vrouwtje zeggen : Ik doe toch niks, waarom mag ik hier niet zitten? Terwijl een goed opgedirkte oude dame het vrouwtje in de rolstoel wegduwt bij het tafeltje. En dan heel boos blijft kijken als de aardige vrijwilliger het probeert te sussen. De vrijwilliger is geen dame, maar een slonzige jongen met pluisbaard, die haast dansend tussen de oudjes, koffie schenkt, glimlacht, wenkt en zwaait en zo hier en daar een oudje wakker maakt en aanspoort om de boterhammetjes op te eten, die hij al voorgesneden op hun bordjes heeft gelegd.
De Flesseman op de Nieuwmarkt heeft overigens deze aardige jongeman wegbezuinigd. De oudjes moeten maar op hun kamers blijven, ook voor entertainment is geen geld meer. Tja, wat leuk was, moet weg. Je oude lijf hoeft alleen nog deze ellende in eenzaamheid te overleven. Ook al heb je nog zo hard gewerkt en in deze stad lol gehad en gezopen, gerookt, rondgeneukt en misschien wel heel braaf de overheid gediend of veel kinderen grootgebracht.
Deze stad heeft mij ook opgevoed, grootgebracht en veel plezier doen beleven..
Ik zie mezelf over 30 jaar ook zo afhankelijk zijn……
En dan?
Als je niets meer te kiezen hebt en je tussen de anderen, die net zo oud of nog ouder zijn wordt geplaatst, omdat je oude thuis te gevaarlijk, de trappen te hoog en alleen wonen een gevaar voor jouw leven is.
Haha, een gevaar voor je leven, terwijl het toch de bedoeling is dat we érgens aan dood gaan, dus waarom niet aan vallen, struikelen, verwaarlozing, verkeerde medicijn inname of een vergeten griep, die longontsteking geeft? Zolang je nog kunt denken en typen, lezen en praten zal het nog wel gaan. Daarna wordt je
geacht hulp te krijgen, maar van wie? En waarvoor? Als je niet meer voor je eigen lol kunt zorgen en de mensen die daar wel toe bereidt zijn niet meer bestaan, wegbezuinigd, overbodig verklaard en al, wanneer is het dan nog bal? Als het goed is, in je oude hoofd natuurlijk. Als je geluk hebt bezit je nog honderden goede herinneringen aan een vol leven vol momenten die het herinneren leuk maken.
Misschien kom je er dan ook aan toe, om je eigen dagboeken nog eens te lezen, als die niet al door overijverige hulpverleners zijn weggegooid, want tja wat moet je ermee in het hok van 4 bij 4 waar de rolstoel amper past. En je minimale bewegingsvrijheid nog wat gedempt wordt met pillen voor van alles en nog wat, want tja we zouden wel eens dood kunnen gaan.
Met en na al deze sombere overpeinzingen ben ik in mijn dagboeken gaan rond speuren op zoek naar vergeten of goed gedocumenteerde herinneringen, die stop ik dan in mijn hoofd of in deze columns, zodat de schriftjes, boekjes en multomappen met een gerust hart weggegooid kunnen worden. En syberspace wat Lisan zinnen bevat, die een ander nog kan laten zuchten van plezier of ergernis.
Het is maar hoe goed u eigen humeur en gezondheid momenteel is.
Map 1 was een zooitje maar leverde deze zinnen op.
Uit 1995
Bij jou had ik straalkachteltjes ogen. Nog nooit was de energierekening voor mijn koude huis zo laag.
Afhankelijk durven zijn is de grootste vorm van vrijheid in de liefde.
Uit 1999
Altijd kwaaier zijn dan bang
Kreeftengang : Voortdurend met je achteruitkijkspiegel het leven beschouwen.
Wij zijn een feest van zachte zuchten.
En lekker slapen hė, in de meterkast, dicht bij de plek waar de energie vandaan komt.
Uit 2002
De stilte in mij is grandioos. (Is die van mij of ergens gejat, denk ik meteen)
De vrede in deze stad wordt geleefd door onze kinderen, uit alle werelddelen.
Als je je tong uit mijn mond haalt, dan schrijf ik u nog wat poëzie.
Ik ben een werk in uitvoering, met dilemma’s, onderbrekingen en oponthoud.
Tot nader order, groet ik u,
©Lisan Lauvenberg
10 januari 2019