- FRANS TERKEN maar aan het IJ sta jij
- PETRA MARIA vult de bladzij van je dromen
- RIK VAN BOECKEL tot er een ster ontstaat
- VERA VAN DER HORST Zo mooi als je liep op gebeeldhouwde benen
- ANKE LABRIE die zomeravonden die toen veel langer leken
de maand juli zonder jeanine – juryvoorzitster met vakantie – biedt de gelegenheid lastige thema’s op te geven – schitterende nimf – ga er maar aan staan – hahaha – komen we vandaag in een finale frans terken – petra maria – vera van der horst – rik van boeckel – anke labrie terecht.
we zoeken het op de pom nooit in het vele – het ene is genoeg – het ene mooie is genoeg.
genieten we en passant van die prachtige vreeswijk, van die prachtige bjorn van rozen met band.
zij bezingen allemaal hun schitterende nimf zoals deze ook zijn beschreven door frans en petra maria – hoeveel schitterende nimfen hebben we nog te gaan in het leven – je hebt steeds van haar gehouden zingt frank boeijen samen met Yasmine – die het verlaten van haar schitterende nimf niet wilde en kon overleven – in elke schitterende nimf schuilt immers ook het gevaar van het feestje van de angst en de pijn.
Schitterende nimf, ogen die blaken
Weelderig vlees op het sneeuwwitte laken
En tengere spieren
De slaap moet zegevieren
Want nu komt in zijn pracht
Morpheus, de god van de nacht
De luiken zijn dicht en de kaarsen zijn gesnoten
Wees maar niet bang, de deur is gesloten
Geen mens die nu nog stoort en o, de nacht is lang
Slaap zoetelief, bij mijn gezang
Slaap zoetelief, bij mijn gezang
Het uur middernacht, ’t slaat in de toren
De leeuwerik, ach, is nog lang niet te horen
Nu sluimeren de struiken
Maar achter onze luiken
Zoetelief, zoals je ziet
Rusten wij, maar slapen niet
Hoor eens de donder. Hoor je de regen?
Plotseling hebben we onweer gekregen
De bliksem zoetelief, of hij zelfs neder sloeg
Slaap maar weer in, ’t is nog zo vroeg
Slaap maar weer in, ’t is nog zo vroeg
Slaap toch m’n nimf, droom van m’n snaren
Totdat de zon de dauw komt vergaren
En wij doen liefelijkheden
Waaraan wij pas nog deden
Eerst je mond en dan mijn glas
Vliegen er vonken in de as
En dan, mon Dieu, ze is bezweken
Kijk me toch aan mijn nimf, geef me toch een teken
Goddank, ze ademt weer, en godzijdank ze lacht
Schei nu maar uit, slaap zacht, slaap zacht
Schei nu maar uit, slaap zacht, slaap zacht
wie wint de enige echte virtuele ‘schitterende nimf’ trofee op pomgedichten? (naar vreeswijk zingt bellmans epistel 72) u kent de regels: de gedichten niet te lang svp – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

zo waren er soms dagen
kind nu ik je zie
dan voel ik weer de wind
en sluit ik mijn ogen
ik zie de boom nog
waaronder ik ons droomde
misschien had ik
toen
iets
dat het zich niet vouwen laat
en niet kleiner laat maken
dan het is
zo waren er soms dagen
ze gingen met de wind
en het weten dat niet wilde
pomwolff

Naar Kopenhagen kan ik reizen
de kleine waternimf omarmen en
als het mag haar een zoen bezorgen
of dichterbij de Loreleij
die rotsvast torent boven de Rijn
mij in het voorbijgaan naar haar toe zingt
niet dat zij te ver gaan maar
aan het IJ sta jij – je reikt me je handen
vanuit een roestige schuit
zo verweerd kan oude liefde zijn
laat de golven zingen van de wind
wij vouwen ons in het vooronder samen
FT 13.07.2019
en daar staat zij aan het ij – schrijft frans – en zij reikt hem de handen – prachtig, prachtig zijn waternimf. dichtbij gehaalde oude liefde getekend door het weer, het water, door het zingen van de wind heen hoor je het verlangen.

zoals hij naar je kijkt
alsof je drijft
licht golvend
het kroos in de poriën
zijn armen omhelzen
het voelt alsof je zinkt
naar het donkere
lokkende water
zoals hij je schrijft
onuitwisbaar
wacht je de waanzin
van zijn streling
als hij naar je kijkt
ogen van oceaangrijs
vult hij de bladzij
van je dromen
Petra Maria
zoals hij naar je kijkt – schrijft petra maria – en het voelt alsof je zinkt, als haar muze de bladzij van haar dromen vult – prachtig – o heerlijke schitterende nimfen laat het altijd zo zijn het zijn – laat de dichters heel – laat ons dichters heel – asjeblieft.

Langs waterwegen zingt de nimf
met schitterende zon in de ogen
streelt melodieën van lucht
boven rotsen van dagelijks geluk
de dans van de zwaluw verlicht haar
zoals de sprong van de zalm verdicht
de natte aderen van de Rijn
strelen de in gedachten verzonken kade
van Leiden tot Sankt Goar
zingt zij over oevers van genade
neemt ons mee naar de overkant
langs groen gedoopte glinsterdalen
verlegen zingen wij refreinen mee
tot er een ster ontstaat
de nimf ten huwelijk vraagt
haar antwoord nu de tijd vertraagt.
Rik van Boeckel
14 juli 2019
passievol gedicht van Rik – over hoe zij zingt over oevers van genade – haar stem weer klinkt – mooi en hoe haar antwoord de tijd vertraagt – een antwoord op die ene altijd weer gestelde vraag. zoveel passie verdient het goud vandaag.

Zo mooi als je liep
op gebeeldhouwde benen
je blik onbevangen
gericht op een droom
De haren wild springend
op tengere schouders
die, zo leek, geen last kenden
nu niet en nooit
Waar je liep
viel een vacuum
daarachter verlangen
dat jou niet bereiken kon
nu niet en nooit
vera van der horst
een zo invoelbaar vacuum lazen we niet eerder in een gedicht met daarachter dat verlangen bestaande uit wel duizend elementaire deeltjes – zoveel verplaatste luchtdruk wist zelfs einstein niet meer te plaatsen – zo wordt een vacuum soms een zwart gat

Cornelis
waar we hem eindeloos draaiden
met zijn nimf, zijn nozem en zijn non
op die zomeravonden
die toen veel langer leken
nu ik in de aula zat
de laatste van ons clubje
hem bijna vergeten was
huilde ik pas
toen hij na Bach
plotseling de ruimte vulde
anke labrie
dat die avonden toen zoveel langer leken – treffend geschreven – hoe ze door alles heen meegenomen zijn en voor even kunnen worden terug gehaald – mooi
Waternimf
Naar Kopenhagen kan ik reizen
de kleine waternimf omarmen en
als het mag haar een zoen bezorgen
of dichterbij de Loreleij
die rotsvast torent boven de Rijn
mij in het voorbijgaan naar haar toe zingt
niet dat zij te ver gaan maar
aan het IJ sta jij – je reikt me je handen
vanuit een roestige schuit
zo verweerd kan oude liefde zijn
laat de golven zingen van de wind
wij vouwen ons in het vooronder samen
FT 13.07.2019
MUZE
zoals hij naar je kijkt
alsof je drijft
licht golvend
het kroos in de poriën
zijn armen omhelzen
het voelt alsof je zinkt
naar het donkere
lokkende water
zoals hij je schrijft
onuitwisbaar
wacht je de waanzin
van zijn streling
als hij naar je kijkt
ogen van oceaangrijs
vult hij de bladzij
van je dromen
Petra Maria