allereerst mijn dank aan alle dichters voor het insturen. mooie werken dichtbij een blijkbaar aansprekend thema. een heerlijk lezen op een stormachtige dag. de wilgen gesnoeid – aan de wilgen zal het niet liggen. treurnis en troostrijke woorden – ze kunnen bij elkaar gebracht door een dichter. de waardering vandaag – natuurlijk persoonlijk arbitrair, de verantwoording onder de gedichten beschreven – altijd arbitrair – zal ik uitdrukken in brons, zilver en goud. brons voor IEN VERRIPS – in een paar regels de treurnis en de troost aan een geklonken. eenvoudig mooi. zilver voor 9 gouden regels van PAUL BEZEMBINDER ondanks de kritiek die ook mogelijk is op het werk – blijf ik bij mijn mening – de regels van het gedicht in een bad van schoonheid gedrenkt op schijnbaar achteloze wijze. van harte. het GOUD gaat naar ELLIS VAN ATTEN en wat mij betreft vooral voor de eerste strofe van haar gedicht – zoals ze daar staat ja – prachtig beschreven, breekbaar en gebeeldhouwd in poëzie. Van harte gefeliciteerd Ellis:

Mijn handen hangen
als treurwilgtakken
die het water
maar niet willen raken
alsof ze de gerimpelde huid
vrezen, waarmee het gevoel
verdwijnt in draaikolken
van een donkere rivier
Zo sta ik daar, als een boom
Onaanraakbaar
Onbeweeglijk
wachtend op de wind
die mij kan buigen
voordat ik zal breken
Onzeker, niet wetend
of iemand zal huilen
als mijn tranen het water
niet meer bewegen
Ik verdrink
en laat
mijn wortels los
Alleen zo
kan ik
een andere oever
bereiken
Met vriendelijke groeten,
Ellis van Atten
Taalspeler Ellis van Atten
–>
mooi beeld, mooie beelden in de eerste strofe – het vrezen van de gerimpelde huid bij de rimpeling van het water – ja prachtig. niet dat ik af wil doen aan het tweede gedeelte van het gedicht en al helemaal niet aan de breekbaarheid van de woorden – maar de dichter in mij zegt – ik heb genoeg aan de eerste regels, de eerste strofe waarin alles wat gezegd moet worden is verwoord. mooier kan het beeld, de beleving niet worden verdicht – gedicht: zo staat ze daar – prachtig, breekbaar en gebeeldhouwd in poëzie:
Mijn handen hangen
als treurwilgtakken
die het water
maar niet willen raken
alsof ze de gerimpelde huid
vrezen, waarmee het gevoel
verdwijnt in draaikolken
van een donkere rivier
Zo sta ik daar
- Magda Haan: in liefde en onrecht
- Peter Posthumus: op maaltijd soep en bonen in tomaten saus
- Ellis van Atten: Alleen zo kan ik
- Petra Maria: maar ergens diep van binnen zoveel schoonheid
- Frans Terken: takken buigen gewillig mee
- Anne van Walraven: in de zwaarte
- Rik van Boeckel: wie er niet meer is zal ik zoeken
- Max Lerou: berooid en van verstand beroofd
- Erika De Stercke: flarden van geliefden
- Paul Bezembinder: Je vindt uiteindelijk je vrouw
- Ien Verrips: het is zo goed jouw naam te horen
- Cartouche: vrijgevochten, zij aan zij, erop en erover


wie wint de enige echte virtuele – wie niet heeft getreurd heeft niet geleefd – trofee op pomgedichten? de foto vanmiddag genomen in het gebied tussen amsterdam en ouderkerk aan de amstel. zo alleen deze boom zo treurig. zo treuren dichters ook, zo dichten zij, zo alleen soms. zo mooi en troostrijk soms vervolgens de woorden. we lezen ze zo graag – u kent de regels:
de gedichten niet te lang svp tenzij noodzaak – 20 regels is genoeg – insturen voor zondag 10 uur 30. stuur in op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – of benut de blauwe contact functie boven aan de pagina. of laat onder dit item een reactie achter -ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaar als altijd verzekerd.

zie daar
het niet begrijpen
het terug gaan in de tijd
als alles
al gesnoeid is
uiteen is gevallen
of erger nog
kan altijd een gedicht
een geheel gesmeed
in zwart wit
of in de kleur
van woordenbloed
pomwolff

in de slagader van de enige waarheid
die bij elke deur aanklopt
tegen regels in
in liefde en onrecht
stof tot stof
tot nadenken
zal vergaan
hier en nu
verstreken tijden
of kortstondige momenten
afgebroken in moederschoot
of in de knop gebroken
gegeven levens
of in wanhoop
de keel verstikt in
verblind onrecht
© Magda Haan
–>
bij magda lezen we veel elementen van verdrietig leven – bijna in wanorde geschikt – maar de woorden willen alle kanten uit. de woorden vangen het gegeven verdriet niet op en op deze wijze kunnen ze ook nog niet tot troost zijn. de verwarring en de chaos een gegeven bij droevige tijden hier wel belicht maar nog niet geordend in een troostend geheel.

door het onvoorspelbaar
Amsterdam
ongelofelijk zoveel straten
in slechts een kleine stad
zo goed ook
als daar te leven valt
op maaltijd soep en
bonen in tomaten saus
in het zachte cement
tussen de stenen
op het vuil tussen de tegels
ligt poëzie op straat
een lijk laten ze niet liggen
nee, niet op straat
de bloemen
ja, de bloemen wel
Peter Posthumus
–>
020 – die kleine stad – goed getroffen met het oog van een halve buitenstaander. de poëzie vaak niet gezien en toch aanwezig op elke hoek van elke straat. de stad – een wereldstad hoe klein ook gehouden – geeft weinig ruimte aan mooie woorden daar is de wereld te hard voor – de schietpartijen te hevig – het tempo te gehaast. ik zeg goed dat deze site er nog is – te midden van het leven in deze stad – ik zeg goed dat peter er over schrijft – de vinger legt op de zere wonde van de harde stad en de poëzie opraapt.

het riet buigt diep
over het water
dorstig bijna
de ganzen vliegen laag
en luid
tegen een hemel
ach, teveel te dichtbij
maar ergens diep
van binnen
zoveel schoonheid
stemt zo droevig
troost ik mij
met de gedachte
dat zich alles
morgen weer herhaalt
petra maria
–>
treurnis en troost naar elkaar toe geschreven – knap gedaan – met een paar elementen uit de natuur – als op de wilgen foto – als ingrediënten. dat we elke dag opnieuw het leven kunnen genieten hoeveel ook verloren is gegaan. het is goed dat petra het zo heeft beschreven – een wijsheid die we te snel over het hoofd zien.

Je mag het verdriet buiten
aan een kale boom knopen
dat het ervan af kan druipen
takken buigen gewillig mee
binnen klamp je je
aan de treurbuis vast
waar het maar uithuilen is
bij de stand van het land
als het leed van vriendinnen
dat zij storten in de muil
van een boreaal bidet
voor je droge ogen
loopt het tierend leeg
is er geen traan om gelaten
© FT 08.02.2020
–>
van treurwilg naar treurbuis. leuk uitstapje met frans – een leuke associatie ook – baudet – bidet. ach laten we hem maar laten – een mispunt – ik las ergens maar ik ben even kwijt door wie – dat je zijn oude vrienden moet vragen hoe meneer was een paar jaar geleden – zonder uitzondering luidde het antwoord een volslagen narcistische gek – opsluiten en behandelen zeg ik – erger is de dertig procent van het kiezerspubliek dat achter janmaatje aan holt met het verstand op nul.

ik wil het gewicht
van het gedicht
voelen in mijn ziel
ik wil steeds opnieuw
vergaan
in de zwaarte
van mijn bestaan
Anne van Walraven
Instagram: @annexwalraven
–>
van anne kan ik het hebben – de grote woorden als ZIEL – het gepleegde rijm als in gewicht/gedicht en vergaan/bestaan. waarom dat is weet ik niet. waarschijnlijk omdat ze wat veel te groot is voor een mens giet in een heel klein vaasje met afgewogen woorden, dat ze heel heel voorzichtig en heel afgepast in de vensterbank zet – een heel klein vensterbankje met ergens heel ver weg hele kleine hoopgevende lichtjes. de woorden doen mij steeds ook denken aan de tekeningen van aja waalwijk waar de nietigheid van het individu in lege velden een gegeven is – ik lees lege velden en her en der verspreid de zware woorden van anne. een loden last.

Ik zoek de stilte op
de stilte van de nacht
als dagen drukker worden
wie er niet meer is
zal ik zoeken in herinnering
zing het verleden zingt
springt uit ‘t ouderlijk hart
tevoorschijn de treurnis
om dagen van weleer
om belofte en scheiding
een hartbrekend moment
een levend afscheid.
Rik van Boeckel
8 februari 2020
–>
Rik even terug naar een moment van stilte om ruimte te geven aan wie hem dierbaar waren. en hij zingt ze in stilte warme woorden. treuren om de dagen van weleer, mooi gezegd. in de laatste strofe de zaken waarmee de dichter verder moet. een ingetogen rik van boeckel lezen we niet vaak. vaak slaat hij de trom tussen hemellichamen en de aarde de verbindingsklanken tussen het verleden en heden – zo de toekomst tegemoet. hier een verstild moment. mooi!

het grote niets is leegte en hol
als de woorden her en der gestrooid
door hoeren van het schijnverdriet
berooid en van verstand beroofd
een dichter lichter wiegt het land
op het ritme van het gedoofde hoofd
de stoep van mij de straat van opel
hoed sigaar gezond verstand
ml
04 02 2018
* bij de dood van menno wigman
–>
Ja Wigman was de vrolijkste niet. bij het herlezen van zijn verzamelbundel is alles zwarter dan zwart. het leven geen pretje. is ie daarmee nou alleen maar bezig geweest? het antwoord luidt een luid JA. in wezen een eenzijdige dichter die de ellende op – dat moet gezegd – sympathieke wijze wist te verkopen. wie met mij over dit statement een woordenstrijd wil aangaan is van harte welkom – maar u legt het af. wigman is een – ook door mij bij leven – overschatte dichter – zo de conclusie na het herlezen van zijn werken. max vat de werken wigman in 8 regels wat mij betreft goed samen.

Als een melodie
Ongevraagden voelen aan
mijn lichaam of de adem van
het leven aanwezig is.
Ik lach hen weg, ruim kamers
op en vul kelderruimtes.
In de tuin nieuwe struiken.
Loom
op een bank van de toekomst
rust een hels verleden uit.
In het schaduwlicht flarden van
geliefden. Ik hark ze bij elkaar.
Kijk naar wie verdween.
Erika De Stercke
–>
“op een bank van de toekomst rust een hels verleden uit”- prachtige regels door Erika aan ons gegeven. het hoogtepunt in het gedicht. het thema is natuurlijk op Erika’s lijf geschreven. de mannen uit dit helse verleden keurig kort gehouden, bijeen geharkt de vuilnishoop op. hoop eindigt bij Erika in bijna alle gedichten in vuilnishoop. ik zeg hier: een opgeruimd gedicht, de lente kan beginnen – na de storm in het hoofd van erika. mooi gedaan met een lach en een traan.

Je vindt uiteindelijk je vrouw
en in het coloriet van wouw
en wede stuit je op verdriet.
De insecten vliegen af en aan,
in goud, smaragd en malachiet,
hun schaduw rillend van cyaan.
En in de luister van de vliet,
in het gefluister van het riet,
dient nieuwe poëzie zich aan.
Paul Bezembinder
–>
hier ook een gedicht met verwijzingen – verlaine de gedoemde dichter wordt van stal gehaald, drugs, drank, dichtwerken en dichterlijk leven – paul legt het ons allemaal voor. de gevonden vrouw onder de insecten – wat een toestand toch weer. in mooi en gepast drieregelig rijm een eerbetoon aan de poëzie, fijnbesnaard en uitgemeten beschreven – maar dan toch net zo dat je het werk er niet vanaf ziet. het is die geraffineerde eenvoud in woorden die we voor het gemak maar even het handelsmerk van paul bezembinder noemen.
toch klinken in deze huiskamer ook andere geluiden – wat nou ‘wouw en wede’ en al dat verdriet en dan durf jij te zeggen dat de woorden niet gezocht zijn!!! het is het droeve lot van een vormdichter – mijn voorzichtige antwoord aan de kritiekgeefster.

zo zoet is het jouw naam
te noemen te vormen
met mijn mond de klank
de tinteling
die dat teweegbrengt
bij wie onze vrienden waren
vrienden nog
er wordt op jou geklonken
het is zo goed jouw naam te horen
eensgezind
jouw naam te noemen
IenVerrips
–>
die naam die naam – het verdriet spat van de woorden af. bij het noemen van jouw naam – het zou een liedje kunnen zijn. zoete woorden van treurigheid, vrienden die troosten – een mooi klein gehouden gedichtje bij een groot nog net niet verwerkt verdriet.

Grounddog
Onbeweeglijk staat hij, op hoge poten
stram, gestrekt van lijf en licht wijkend
de voeten op stoeptegelsteen, een neus
reikhalzend naar het verwaaien van wind
strak getrokken zijn blik door het branden van zon
waarin hij dagen in hartkloppen te herlezen, zich
een pomp-weg binnen gebogen ribben weet
naar de baan van zand, hard gras, de start
het dringen, zich naar voren gooien in de bocht
en op tweede adem het achterhalen van de prooi
het waas voor zijn ogen – vocht opgehoopt
dat naar buiten wil – buigen, zich verliezen in
het muilkorf – tuig van gisteren, bloeddoorlopen
vrijgevochten, zij aan zij, erop en erover
naar de finishlijn, witgestreept en even helder
gestroomd als toen vóór alle kleur vervaalt
in grauw en huiver op de graat
© Cartouche
08-02-2020
–>
tsja we weten in 020 niet wat we missen – een rondrennend hondje op kousenvoeten? een marmot? een film? een boek? we heten in ieder geval Cartouche weer welkom in het zo door hem soms geprezen soms gehate walhalla der poëzie. pomgedichten. ‘onbeweeglijk’ lezen we over een personage?, een hond? en dan toch lezen we ook verop ‘ erop en erover’ richting finishlijn? is de trouwe viervoeter van cartouche dood? met het gedicht kunnen we alle kanten op maar de lezer weet buiten Cartouche niet welke kant. dat is een beetje het probleem hier. er zit wel vaart in de woorden hoe onbeweeglijk hij ook in het begin erbij staat. we jakkeren, wij wezens dichters, honden, jakkeren door het leven heen en de finishlijn is daar ergens en altijd eerder verwacht, altijd anders ook – hier in poëzie. meer kan ik er niet van maken. ‘zij aan zij’ – baasje brengt hondje een eerbetoon in poëzie.
TREUR MAAR
het riet buigt diep
over het water
dorstig bijna
de ganzen vliegen laag
en luid
tegen een hemel
ach, teveel te dichtbij
maar ergens diep
van binnen
zoveel schoonheid
stemt zo droevig
troost ik mij
met de gedachte
dat zich alles
morgen weer herhaalt
petra maria
Tuiten
Je mag het verdriet buiten
aan een kale boom knopen
dat het ervan af kan druipen
takken buigen gewillig mee
binnen klamp je je
aan de treurbuis vast
waar het maar uithuilen is
bij de stand van het land
als het leed van vriendinnen
dat zij storten in de muil
van een boreaal bidet
voor je droge ogen
loopt het tierend leeg
is er geen traan om gelaten
© FT 08.02.2020