
Nijhoff zei al: Een gedicht bestaat niet alleen uit woorden, maar uit woorden en hun stilte.
En Wislawa Szimborska zei: Wanneer ik het woord stilte uitspreek, vernietig ik haar.
Moment
Als ik jou lees
sijpelt schoonheid in mijn brein
behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij
de schrille stem van een kind
ijlt weg naar vanwaar het komt
bloesemblaadjes geplukt door de wind
hoor ik één voor één vallen op de grond.
Vera van der Horst
pom: ik kan het niet onderdrukken hier te schrijven – ochgossietoch – vera schrijft van een diep verstild voelen – de kindjes terug de baarmoeder in – dichteres zelf het ademen voorbij en het lichaam bevrijd en overgegeven – aan de liefde natuurlijk. hoort ze toch nog romantische blaadjes op de wind. ja heerlijk! als deze dichteres de liefde bedrijft leest de gelukkige partner het allemaal later heel mooi beschreven terug. EN HIJ STAAT! in veraas bundel.
en toch vind ik het gedichtje mooi en oprecht.

Ik lees altijd graag de poëzie en niet minder graag de commentaren, waar ik me meestal in kan vinden, maar vandaag niet.
Allereerst het commentaar op mijn gedichtje verbaasde me, dat Pom er een stuk erotiek in legde, die ik er niet bewust heb ingestopt en dat is overigens niet de eerste keer. Het beschrijft voor mij een gevoel van afsluiting wat soms ervaar als ik gedichten van bv Wislawa of een schrijver die me helemaal in zijn/ haar boek trekt.
Het kind is in letterlijke zin mijn buurmeisje, die erg kan schreeuwen, maar ik dan niet meer hoor, of het kind in mezelf, ik kan niet ontkennen dat wat pom leest ook mogelijk is, maar
vind het onterecht dat het alleen daarop beoordeeld wordt.
Overigens zal niemand in mijn bundel staan, want er komt nooit een bundel, omdat ik mijn werk daar niet eminent genoeg voor vind. Mijn gedicht hoeft geen medaille, maar verdient ook de woorden agossie en toch, in toch wel mooi niet. Of het is mooi of niet. Ik snap het woord toch hier niet bij.
Ten tweede:
Niets ten nadele over het werk van Rick en Petra in het algemeen, ik heb daar mooie dingen van gelezen
maar vandaag vond ik beiden wat minder.
Bij Petra verwijderde Pom zelf een strofe die ik ook wat onbegrijpelijk vind en bij Rik kwam het woord stilte zo vaak voor dat het leek of hij schreeuwde: en nu stil, of zoiets.
Als je bij andere inzendingen ook de helft schrap, hou je betere gedichten over dan deze 2.
Over Lerou en Gonggrijp hoor je me niet.
Och het is geheel niet mijn gewoonte direct en onmiddellijk in de pen te springen, maar ik had geen stilte in me vanochtend, zullen we maar zeggen.
Maar wel gefeliciteerd, alle winnaars!!
Het is en blijft toch een prettig en bij wijlen amusant zondagochtend item, dat ik niet graag zou missen.
Ik schrik van mn eigen spraakzaamheid en herrie, maar lees het niet meer over en zet mn wijsvinger toch op zenden.

– commentaar redactie: de kern van Vera’s verhaal lijkt mij de opmerking die ik uit Vera’s verhaal citeer: ‘ik kan niet ontkennen dat wat pom leest ook mogelijk is..’ dichters ben ik dankbaar voor het inzenden van een gedicht voor deze wedstrijd. Vera ook natuurlijk. ik ga er op de zondagochtend voor zitten – ik lees een gedicht, ik laat het gedicht tot mij doordringen, lees het gedicht nogmaals en schrijf over mijn leeservaring. tegen half 11 in de ochtend bepaal ik mijn voorkeur, die ik uitdruk in goud zilver en brons – allemaal virtueel. de dichter is natuurlijk niet van de gedachtenpolitie in de zin dat de dichter zou kunnen bepalen wat een lezer zal lezen, wil lezen of gewoonweg leest. ik las over een kindje terug naar de baarmoeder – zo gek is dat niet als Vera schrijft over een kindje weg ijlend naar waar het vandaan komt.
voorts lees ik in het gedicht de passage: “behoort mijn lijf niet meer aan mij
ben ik het ademen voorbij” – ook nu in de middag lees ik daar over een mogelijke erotische passage. iets van versmelten – het lichaam behoort de persoon niet meer toe – lees ik. Vera geeft een geheel andere verklaring het is haar goed recht als lezer van dit gedicht. over een loeihard schreeuwend buurmeisje dat vera toch niet hoort schreeuwen terwijl de hele buurt 112 belt. alles is mogelijk blijkbaar in haar gedicht.