VON SOLO op TEMPTATION ISLAND



Gisteravond zat ik met mevrouw Solo ‘Temptation Island’ te kijken. Een televisieshow waarin gelukkige stelletjes hun relatie op de proef stellen ieder apart met respectievelijk een peloton vrouwelijke of mannelijke verleiders in een resort met veel alcohol te gaan zitten. Het is één van de weinige programma’s waar ik wel een uurtje voor wil gaan zitten. Om te zien hoe mannen verleid worden door ingehuurde jonge strakke dozen en hun vriendinnen daar dan om moeten huilen bij een kampvuur. Pure, eerlijke emo-televisie. Net echt. Mevrouw Solo was van mening dat ik het op zo’n eiland nog geen dag zou uithouden zonder ten prooi te vallen aan de verleidsters. Ik antwoordde uiteraard, dat dat niet het geval zou zijn.

Toen ik een jaar af vijftien was kuste ik mijn eerste meisje. Een lief meisje dat iets kleiner dan mij was. Met donker haar en lichtblauwe, verwachtingsvolle ogen. Erg lief, denk ik. Ze zat bij mij op school. Zij zat in een mavoklas en ik deed vwo. We kennis aan elkaar gekregen op dansles. En op een gegeven moment hadden we voor het eerst gezoend. Op een dag ben ik eens thee gaan drinken bij haar thuis. Ze woonde op een dorp een kleine tien kilometer van het onze vandaan. Toevallig ook het dorp waar mijn moeder geboren was. Het huis had wat gelige gordijnen. En een leren bankstel. Haar vader was een ruwe, norse man die zijn geld verdiende met stuken. Van haar moeder schrok ik. Ze zag eruit als een onderdanig, afgeleefd mens. Een verwaarloosde, afgetakelde versie van haar dochter. Pluizig haar en een beige huid met grijze wallen onder de ogen.
We hadden nog geen verkering. Dat wilde ze wel, maar ik zag het nut er niet van in. Zelf haar vriendinnetjes vroegen me met nadruk verkering met haar te nemen. Maar dat wilde ik niet. Dat was deels jeugdige onzekerheid, deel een rebelse houding. Maar belangrijker was, dat ik mijn vrijheid niet kwijt wilde. Toen kon ik nog nauwelijks een idee hebben gehad van wat vrijheid in zijn volle omvang in houdt, want, dat weet ik nu op mijn vijfenveertigste nog steeds niet. Hoe dan ook kwam de verkering er niet. Het kan geweest zijn dat ik op een schoolfeest zoende met een ander meisje dat zich aandiende. Een type ‘Christiane F.’ Ze smaakte niet naar snoep, zoals je dat kent uit je jeugd. Ze smaakte naar goedkope lippenstift van het Kruidvat en halfzware shag. Ze straalde iets meer ‘vrijheid’ uit.

Mijn vriendinnetje wilde me daarna uiteraard niet meer zien. Haar vriendinnen kwamen verhaal halen. Zo goed en zo kwaad als dat gaat probeerde ik uit te leggen dat er geen andere reden was voor mijn daden dan dat ik vrij wilde zijn. En dat ik niet snapte dat je geen twee vriendinnen tegelijk kon hebben. We hadden immers geen verkering. Dit kon op geen enkel begrip rekenen. Wat ik van mijn kant dan ook weer niet kon begrijpen.
Door de jaren heen heb ik in de liefde voortdurend keuzes moeten maken. Soms waren mijn keuzes beter dan op andere momenten. Elke keer de belofte makend aan mezelf en de ander dat ik het de volgende keer beter zou doen. Maar spijt heb ik nooit ergens van gehad.
Ik zou best naar Temptation Island durven.


VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 

Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Laat een reactie achter