Martin Sjardijn hangt inmiddels alle vuile was aan de haagse kunstlijn. we moeten lezen over ‘snailmail’- wat is in godsnaam snailmail? we moeten lezen over een keukendeur met gewapend glas, over keldertrappen over duwen en vallen – kortom toestanden in de haagse kunstwereld lieve lezer – dat het allemaal zo ver moest komen. Martin Sjardijn schrijft:
“Anne Borsboom en ik zijn bekende mensen in de Haagse kunstwereld. Verstoppen heeft geen zin. Iedereen wist van onze liefdevolle relatie die in valsheid eindigde. Nu zoiets gepubliceerd wordt hoef ik niets te verhullen, dat ligt ook niet in mijn aard. Inderdaad anne woodward voorgesteld aan Pulchri en de Haagse Kunstkring mij te royeren, vanwege “plagiaat en stalking”. Plagiaat is een onterechte beschuldiging, immers waarom zou ik? Ik heb genoeg creativiteit voor eigen werk. Mijn naarstige pogingen om wat duidelijkheid te verkrijgen in gesprek met Anne over een plotselinge breuk in onze relatie van meer dan 7 jaar is waar, ik heb haar steeds e-mails gestuurd en wel gezegd dat ze die gemakkelijk zou kunnen blokkeren als ze dat wilde. Verder heb ik wat snailmail gestuurd. In twee jaar tijd een boek voor haar verjaardag, een brief en een paar briefkaarten, met niets dan aardige droefenis over ons gebeuren.. Ja als je fout wilt en vals kan je dat stalken noemen. Slechts een verdrietig gebeuren is een feit. Anne Borsboom heb ik nooit beschuldigd van iets. De paar machteloze gewelddadigheden vergaf ik haar onmiddellijk. Haar onmacht in een gesprek, waarbij ze me door het gewapend glas van haar keukendeur duwde is een feit. Ik repareerde de ruiten de volgende dag. Een bijna dodelijke val die ik maakte in een keldertrap nadat Anne dreigend op me afliep, vergaf ik haar ook. Wonderlijk mankeerde ik weinig. De merkwaardige uitbarstingen begreep ik niet. Vandaar steeds pogingen om van haar te horen wat de oorzaak was van die radicale houding na meer dan 7 jaar. Dat Anne zich op deze wijze opstelt is ook onbegrijpelijk voor mij en ik kan niet anders bedenken dat ze hiertoe is aangespoord door anderen. Haar karakter ken ik niet op deze wijze. Anne heeft me gestimuleerd tot schrijven en dichten. Alle werk staat openbaar op onder meer Facebook en LinkedIn. Als er een aanwijzing is van plagiaat, zou ik dat graag vernemen. Nu er echt een valsheid tevoorschijn komt zal ik niet schromen om een en ander ook in openheid te publiceren, fictie of werkelijkheid, was het thema in de gesprekken tussen Anne Borsboom en mij. Alleen Anne weet wat er fictie is, verder niemand. Zo was en is het ook in haar romans. Persoonlijk geef ik er de voorkeur aan om zo dicht mogelijk bij de werkelijkheid van de geest te blijven via de letters en de taal. Immers alle tal is al fictie Is een dergelijke openbare aanklacht een fatsoenlijke mentaliteit, zeker als het gaat over dit soort droevige zaken na een zeer liefdevolle relatie, die Anne en ik genoten en door materiële omstandigheden moest worden verbroken?”