VON SOLO – the column: ‘I thought I was someone else, someone…good’ (Lou Reed, Perfect day, 1972)



Mezelf haat ik het meest van allen. Dat heeft me in staat gesteld de dingen te kunnen doen die ik tot dusver in dit leven gedaan heb.
 
Onlangs sprak ik een opgroeiende tiener die aangaf geen gevoelens te hebben. De jonge mens gaf aan simpelweg geen vreugde te voelen, of liefde, of zelfs maar boosheid. Alles was mat. Er was geen enkel aanknopingspunt voor gevoel. Ik kon me niet voorstellen dat dit echt het geval was. Iedereen die nog aanspreekbaar is, kun je emotioneel krijgen, als je maar op de juiste knoppen duwt. Dat was mijn eerste gedachte. Toen spiegelde ik de situatie op mezelf. Hoe voelde ik mij als tiener. Hoe stond ik zelf in contact met mijn emoties.
 
Ik zou er oude dagboeken op na kunnen slaan. Maar dat heb ik al eens gedaan en daar werd ik niet vrolijk van. Doelloze, irrationele duisternis. Angst en boosheid. Twijfel zou een eufemisme zijn. Deze beschreven gedachtenkronkels heb ik door het verloop van jaren af kunnen doen als puberale spinsels. Maar het gesprek met de tiener bracht me toch weer terug. Zou het mogelijk zijn, dat ik mezelf al die voorbij jaren gewoon wijs heb gemaakt, dat ik diepere positieve gevoelens ken? Dat al dat goede, waar ik pretendeer voor te staan helemaal niet gemotiveerd is door een positieve kijk op zaken?
 
Vroeger kreeg ik vaak het verwijt erg egoïstisch te zijn. Mijn tegenargument was dan altijd, dat ik egocentrisch was, maar niet egoïstisch. Op een goed moment, ga je dat gedrag verbergen, omdat je merkt, dat het maatschappelijke omgang in de weg staat. Dat neemt niet weg, dat de eerste prioriteit, die ik altijd stelde mezelf was. Een argument hiervoor was altijd eenvoudig gevonden in het adagium: ‘Pas als je jezelf kan helpen, kun je ook een ander helpen.’ En zo veranderde ik toch langzaam in een fijn mens voor mijn omgeving.
 
Maar niet voor mezelf. Het gesprek met de tiener liet me dieper in mezelf kijken en ervaren wat de energie is, die me drijft tot daden. En dat is meestal geen liefde. Het is strijd. Gevoed door angst, wantrouwen en haat. Haat is de sterkste motivator tot actie. En waar is de liefde dan? Die steekt soms de kop op en is ongrijpbaar, ze zorgt voor mooie momenten. Maar liefde kan ik niet hanteren als een werktuig zoals kwaadheid dat bijvoorbeeld kan. Haat maakt me sterk. Het geeft me discipline en uithoudingsvermogen en drijft me tot daden. En in de grond van mijn wezen voelt dat niet goed.
 
Toch is er een korte periode geweest, dat ik in staat was te leven in liefde en zonder angst en boosheid. Dat ik wel in staat was alles los te laten en tegelijk allemaal mooie dingen te laten gebeuren. Die periode strekte ongeveer van mijn veertigste tot mijn drieënveertigste. Toen ben ik van een steiger gevallen en teruggevallen in de staat van daarvoor. Drinkend en vergetend. Met weekend en genot als motivatie. Onbewust zoekend naar kruimels van mijn betere ‘ik’. Dat realiseer ik me nu. En wederom haat ik mezelf erom. Het is jammer, dat dat het moet zijn, dat me drijft te veranderen ten goede.
 
Ik begrijp die tiener wel, die worstelt met het gebrek aan gevoel. Die worsteling kan nog heel lang duren. Zeker als je je er na al die jaren niet eens meer bewust van bent.
 
‘I thought I was someone else, someone…good’ (Lou Reed, Perfect day, 1972)


VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST,  PERFORMER EN CINEAST

Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
 
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl 
 
 

Share This:

Gepubliceerd door Pom Wolff

Hoi, welkom op mijn site pomgedichten. De site is in langzame opbouw net als de dichter. Ik ben geboren in Amsterdam, ik leef daar en wil daar ook wel doodgaan. Ik studeerde Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, Rechten aan de Vrije Universiteit en werk als juridisch adviseur in de hoofdstad. Jan Arends is mijn favoriete dichter dan Kopland dan Menno Wigman. Paul van Ostaijen mijn dandyman. In slammersland geniet ik van Roop, Karlijn Groet, Peter M van der Linden - ACG natuurlijk, Ditmar Bakker, Jürgen Smit en Daan Doesborgh. En wat moet ik zeggen nog van Robin Block ( “hee ouwe wolf”) de wildemannen, lucky fonz III - Sander Koolwijk of Tom Zinger: "er is hier zeker 80 centimeter plant waar jij geen weet van hebt...." - mijn windroosmaatjes. Mijn optredens bezorgden mij eretitels: landelijk slamfinalist 2003, 2004, 2005 en brons in Tivoli in 2006, 2007 en 2010, 2011, 2012 en ook weer in 2013. - Dichter van het jaar in Delft 2005, voorts slamjaarwinnaar 2005 van de poëzieslag in Festina Len-te te Amsterdam, winnaar van Slamersfoort 2006. Jaarfinale Zeist 2007 en de BRUNA poézieprijs 2007 in mijn zak. Ik ben de hoogste nieuwe binnenkomer op de jaar-lijkse top-200 lijst van bekendste dichters Rottend Staal – Epibreren 2005. In 2008 kreeg Pom Wolff De Gouden Slamburger uitgereikt vanuit de Universiteit Utrecht – afdeling letteren en won hij het 2e Drentse open dichtfestival. op 19 april 2009 verscheen de bundel 'die ziekte van guigelton' - winnaar jaarfinale slamersfoort 2009. in 2010 won hij de dicht-slam-rap van boxtel en de dobbelslam van entiteit blauw te utrecht. in 2012 de grote prijs van Grimbergen én DE REBELPRIJS voor de poëzie van de REBELLENKLUP. Tot zover enig geronk. In 2014 presenteerde uitgeverij Douane op 22/11 in Café Eijlders de pracht bundel: 'een vrouw schrijft een jongen'. Sven Ariaans schreef in zijn juryjrapport Festina Lente Amsterdam: “Het is iemand die je zenuwen blootlegt om vervolgens op vaderlijke toon te zeggen dat die pijn jouw pijn moet zijn en dat er geen zalf bestaat. Elke cognitieve dissonantie die je voor jezelf op prettig hypocriete wijze had opgeheven, wordt je ingewreven, of zoals medejurylid Simon Vinkenoog het kernachtig zei: "hij verschaft illusieloos inzicht in de werkelijkheid". Ik voel me in deze omschrijving wel thuis.) 'je bent erg mens' van pom wolff verscheen in de befaamde Windroosserie in september 2005 en was in een mum van tijd uitverkocht. Nieuw werk - 'toen je stilte stuurde' verscheen op 18 november 2006 wederom bij Uitgeverij Holland te Haarlem. ook deze bundel was meteen uitverkocht. erik jan Harmens interviewde pom wolff over deze bundel in de avonden van villa VPRO.

Laat een reactie achter