
gisterenavond in de voorlaatste POETSKLUP van Café De Schouw van en bij de legendarische TINEKE – dankjewel Tineke – in 010 de guerillastrijder van de 010 poëzie VON SOLO ook aanwezig natuurlijk en in topvorm. eind van de maand echt de allerlaatste POETSKLUP net voor de afbraak van het cafégebouw – ROTTERDAM MOET ZO NODIG NIEUW WORDEN _ heel veel korrie-vee-en traden op dan wel presenteerden – oa renato miguel, jeroen van de woorddansers, gino van weenen, olifier fenote, theo huijgens, daniel dee – een juffrouw die dichters betichtte ‘woorden nogal diep in haar oren te neuken’ – kortom een echt rotterdams avondje en dat dan ook nog zonder rotterdamse keet die huishoudt in zeeland. dat in Café ARIE zal worden voortgezet aldus sprak jeroen naaktgeboren. VON SOLO maakte bekend dat 30 columns van hem worden gebundeld in een bijzondere uitgave. eentje geniet u hieronder. ik gaf De Schouw een laatste gedicht De Schouw was en is nog deze maand tenslotte toch van iedereen 010, 020 waar ook vandaan, jong en oud, links of genderneutraal – van ons allemaal – zelfs van de doden VON SOLO vat het leven mooi samen:
Je kunt nog zoveel ‘herinneringen maken’, maar er zijn concrete mensen en dingen op echte plaatsen, die je lief zijn, die op een gegeven moment gewoon voor altijd weg zijn. Dat vooruitzicht maakt me bang.
Ik loop over de Kleiweg, van de Action naar huis. Ter hoogte van het uitzendbureau kom ik mijn oude buurvrouw uit de Elisabethlaan tegen. We stoppen beiden even. We gaan zitten op het bankje, dat daar staat en praten en kijken uit over de Kleiweg, richting het Bergpolderplein. De ijswinkel, waar vroeger de bloemenzaak van Kouwen zat, die grensde aan ons beider achtertuinen. De buurvrouw woonde al met haar man en dochtertje in de Elisabethlaan, toen wij er zeventien jaar geleden on s eerste huis kochten. Ze waren altijd redelijk op zichzelf, maar als het nodig was, waren we er voor elkaar. Zij meer voor ons, dan wij voor hen. Wij zorgden soms voor de kat, als ze op vakantie waren.
Maar zij herinnerde me eraan, dat ik beter mevrouw Solo en mijn pasgeboren dochtertje met de auto kon gaan halen uit het Sint Franciscus, dan met de fiets. Ze zorgde voor een ambulance, toen mijn vader tijdens een oppasweekend een hartinfarct kreeg en mevrouw Solo en ik in het buitenland zaten. En toen ik van de steiger gevallen was bij het werk aan onze nieuwe woning, hielp ze ook weer de kinderen op te vangen. Ik was en ben nog steeds altijd op welk tijdstip dan ook welkom. En ga over twee weken weer eens met haar Amerikaanse man lekker bij mijn favoriete grill restaurant eten. Er zijn dingen die ik hier niet vertel, maar in die jaren hebben onze gezinnen veel lief en leed gedeeld. Honderden kleine dingen.
Vijf jaar geleden zijn wij uit de E-laan, zoals we het straatje nog steeds liefkozend noemen, verhuisd naar ons huis op de Kleiweg. Hun dochter is intussen op kamers gegaan en studeert nu in Utrecht. Volgend jaar gaan ze het huis verkopen na meer dan twintig jaar en vertrekken naar hun huis in Zuid-Frankrijk voor een vervroegd pensioen. Voor nu zitten we daar dan. Op een bankje uit te kijken over de hoofdverkeersader van ons dorp. Te keuvelen. Het voelt als was het een dagje in het paradijs. De wind, de zon die schijnt. Het geroezemoes van passerende mensen. Over een jaar zal dit niet meer gebeuren. Dan zijn zij en haar man vertrokken. En wij blijven achter. En natuurlijk weet ik dat we daar welkom zijn en dat ik daar heen zal gaan. Maar dit stukje tastbare historie zal voorbij zijn. Een toevallige ontmoeting aan de overkant van de straat is uitgesloten. Als ik aan zal bellen, zal een ander opendoen. Als ik door de E-laan loop zie ik schimmen en spookt het verleden door mijn hoofd.
Voor nu weet ik, dat dit is, wat me te wachten staat. Dat vervult me met melancholie. Het gevoel dat ik terug wil naar die tijd die later zorgeloos werd en waar het heden nu nog aan herinnert. Maar de mensen verdwijnen langzaam als spelers van het toneel. Enkel het decor blijft. Tot ook dat verandert. Sommige mensen op sommige plekken zijn bakens. IJkpunten van je leven. Je kunt nog zoveel ‘herinneringen maken’, maar er zijn concrete mensen en dingen op echte plaatsen, die je lief zijn, die op een gegeven moment gewoon voor altijd weg zijn. Dat vooruitzicht maakt me bang.
(Luister u nu in de nasleep gerust ‘Niemand in de stad’ van De Dijk.)
https://youtu.be/9kV1OFRf3h8
VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl
in café De Schouw
weet je dat ik allemaal rare dingen doe
sinds ik je ken
allemaal dingen die niet horen
langs een kunstwerk lopen bijvoorbeeld
zonder er naar te kijken
maar dat ik ooit mijn hand aan jou
mocht drogen in café De schouw
omdat het papier op was
vond ik wel lief van je
die hand waar jij een zoen van maakte –
het lijkt erop dat dit een goede avond is
om een gedicht te doen
niet een avond zoals die avond toen
ik hoorde dat je er niet meer was
nee dit is toch geen goede avond
om een gedicht te doen
want als dood gewoon de stilte is
hoe kan het hier dan stiller nog
pom wolff