tafereeltje,
JOOP KOMEN: ‘vanuit de tweede egelantiersdwarsstraat komt een boersachtig type aangedrenteld. bij goed observeren blijkt het joop komen te zijn, die na 27 jaar eenzame opsluiting in het volstrekt onbekende dorpje gendringen in de achterhoek, eindelijk gehoor gaf aan zijn onbedwingbare zevenentwintigjarige drang om nog eenmaal in zijn 85 jarige leven zijn geliefde amsterdam te bezoeken.’
amsterdam, zondagmorgen 06:00 uur in de jordaan.
bij de hilletjesbrug, de verbinding tussen de eerste leliedwarsstraat en de tweede egelantiersdwarsstraat, staan voor café sonneveld 2 rasechte oude jordanezen, beiden de petten muurvast op het hoofd gemetseld, die hun gehele leven nooit verder gekomen zijn dan de grenzen van de jordaan.
vanuit de tweede egelantiersdwarsstraat komt een boersachtig type aangedrenteld.
bij goed observeren blijkt het joop komen te zijn, die na 27 jaar eenzame opsluiting in het volstrekt onbekende dorpje gendringen in de achterhoek, eindelijk gehoor gaf aan zijn onbedwingbare zevenentwintigjarige drang om nog eenmaal in zijn 85 jarige leven zijn geliefde amsterdam te bezoeken.
de vorige dag was hij na een slopend lange tocht in amsterdam gearriveerd waar hij zich allereerst volgooide met pekelaugurken van de leeuw op de chulchilllaan, italiaans ijs bij venetië op de scheldestraat en speciaaltjes bij febo op het damrak.
al deze lekkernijen miste hij al 27 jaar in gendringen waar men al opgetogen wordt van een mok erwtensoep of een bak stamppot boerenkool met of zonder worst.
van speciaaltjes, italiaans ijs en pekelaugurken heeft men daar nooit gehoord.
hij besloot de volgende morgen vroeg een bezoek te brengen aan zijn innig geliefde jordaan, iets waarnaar hij vurig verlangde, temeer daar hij zijn gehele jeugd in de jordaan heeft genoten van de oprechtheid, vrolijkheid, muzikaliteit en liefde voor hun kinderen van de jordanezen.
ademloos genoot hij op die vroege zondagochtend van de vele liefkozingen waarmee zijn jordaan hem overlaadde.
bij de hilletjesbrug liet hij zijn emoties de vrije loop en innig drukte hij een kus op de reling van de hilletjesbrug.
de twee voornoemde jordanezen bij café sonneveld zagen dit met ongeloofwaardige ogen aan, tikten tegen hun voorhoofd en zeiden tegen elkaar: ‘die vent is stapel mesjogge.’
uiteraard neemt hij dat gedrag die twee jordanezen niet kwalijk, want weten zij veel van het verlangen van een amsterdammer die al 27 jaar zijn geliefde mokum niet heeft gezien en 27 jaar de geneugten heeft ontbeerd die amsterdam hem voordien al een kleine 60 jaar heeft geboden.
maandag weer thuisgekomen in gendringen schreef een ontroerde joop komen een gedicht dat zijn weerga nog moet vinden:
.
ik kus de reling
van de hilletjesbrug
twee oude jordanezen
tikken tegen hun voorhoofd
.
weten zij veel
.
omdat dit gedicht door zowel de webmeester als door juryvoorzitter brandhoff als min of meer onbegrijpelijk wordt gekenschetst, schreef ik deze kleine toelichting.
.
joop komen/ 14 juni 2016
Dank voor de toelichting!