
Afgelopen weekend was ik in café de Oude Sluis in Delfshaven. Daar was de bundelpresentatie af van een Rotterdamse dichteres, die goede gedichten schrijft en een fijn persoon is. De kroeg was afgeladen. De staat waarin ik verkeerde was meditatief. Weinig behoefte aan interactie. Na wat obligate plichtplegingen, wurmde ik me door het dicht opeengepakte publiek naar de bar voor een Duvel. De presentatie begon en ik kon met mijn favoriete biertje in de hand alles in me opnemen. Het was een aangenaam schouwspel, waarvan ik niet had durven dromen dat ik het mee zou maken toen ik twintig was. Toen had ik ook wel andere zaken aan mijn hoofd.
Het was ijskoud geweest op de fiets. Met een bijna volle blaas was ik op de fiets gestapt. Nadat ik mijn Duvel op had, was mijn blaas dan ook afgetopt. Om plek te maken voor nog een bier, zou ik dus eerst moeten afwateren. Ik wrong me naar het enige mannentoilet, dat de Oude Sluis rijk is. Toen ik de deur van het toilet achter me dicht deed, sloot ik het spektakel dat zich aan de andere kant afspeelde buiten. Op mijn gemak liet ik een warme waterval klateren. Toen viel mijn oog op de condoomautomaat. Het kwam me voor als een antiquiteit uit een ander tijdperk.
Zo’n automaat had ik nog nooit gebruikt. Ik vroeg me af of ze op de vrouwen WC ook zouden hangen. Ik stelde me voor een condoom uit deze automaat te halen. Het moest op een drukke avond zijn. Buiten de deur zwol het geroezemoes weer aan. Het opgewonden gevoel, dat er iets te gebeuren staat. Je gaat de deur uit met geen enkele pretentie of voorzorg, want er zal niets gebeuren. Maar dan ineens bevind je je in een situatie, die vooraf niet in te schatten was geweest. Buiten de deur wacht een lekker wijf, dat behoeftig is en waarmee je een denkbeeldige klik hebt. Het is weekend en haar auto staat vlakbij en ze heeft met haar lichaamstaal al aangegeven, dat het daar gaat moeten gebeuren. Je wil niets liever, dan haar met daad en zaad bijstaan. Maar dan wel veilig. Het is een gevoel van ongekende spontaniteit. Er is geen consent uitgesproken. Maar de muskusgeur van haarwild, hangt in de lucht. En je snuift hem op.
Je doet de deur open en twee ogen vlammen op en gebruiken magnetische krachten om je naar haar toe te bewegen. Ze sleept je naar buiten. De auto halen jullie niet meer. Er is altijd wel een donker hoekje. Je haalt het cellofaan uit je kontzak en zij pakt het van je over. Scheurt het met haar tanden open en stopt het rubbertje in haar mond, maakt je broek open en schuift het condoom met haar lippen over je lid. Het kan los. Tien minuten later staan jullie aan de bar. Nog een Duvel voor de dorst en een glas rode wijn voor haar. Jij betaalt. Ze vraagt de barman om een pen en schrijft haar nummer op een bierviltje. De volgende ochtend tik je haar nummer in je telefoon. Je stuurt haar een Tikkie voor één euro. Na drie dagen vraag je te af, waarom er nog geen euro op je rekening staat. Maar dan realiseer je je weer wie je bent. Het was ook te mooi om waar te zijn.
VON SOLO
DICHTER, COLUMNIST, PERFORMER EN CINEAST
Check de actualiteiten van VON SOLO op www.vonsolo.nl
Lees ook de wekelijkse column van VON SOLO op www.POMgedichten.nl