TIMO VERBEEK weet wat geluk is – ‘op vrouwen jagen en nauwelijks slapen?’

timo verbeek geeft ons antwoord op de vraag waar we allemaal wel het antwoord op willen weten – komt goed uit dat timo het antwoord weet. is ook te lezen in zijn nog uit te brengen bundel – het grote niets –

wie timo is – harderwijk is een woord – ik laat me niet in een hokje duwen – is een statement opgetekend uit zijn mond – en ik moet zeggen timo maakte een gelukkige indruk – en dat al op zo jeugdige leeftijd

Share This:

KAREL WASCH – Het geluid van denken – De onontkoombare poëzie van Karel Wasch ligt wonderlijk zacht in de hand. Een recensie.

 

KAREL WASCH – Het geluid van denken – De onontkoombare poëzie van Karel Wasch ligt wonderlijk zacht in de hand. Een recensie.

Je gelooft er niet in, maar soms gebeurt het én ook nog waar je bij staat. Een Wonder. De bundel “Het geluid van denken” van Karel Wasch, mooi en zachtaardig softcoverig uitgegeven door uitgeverij In De Knipscheer wil ik niet meer loslaten. Laat me niet meer los.  Ik heb een wonder in mijn hand, denk ik terwijl ik tiep. Ik wil lezen – alleen maar lezen. En bladeren – 74 pagina’s, 11 hoofdstukken, 34 gedichten zachtromig neergelegd in deze bundel. Dit voelt zo goed!

En zo moet het ook  – de woorden van Karel Wasch, de thema’s, de regels, zijn gedichten verdienen een voor een,  deze prachtplaats. Dichter Wasch schrijft niet zomaar op wat in hem opkomt. Deze dichter heeft de geschreven woorden doorleefd, deze dichter beleeft de regels. En de woorden die we lezen mochten blijven. Het zijn eenvoudige woorden maar heel vaak zo alleszeggend.  

En steeds maar weer als ik Karel Wasch lees moet ik denken aan de grote dichter Kouwenaar – aan zijn adagium ‘het zacht maken van stenen’ – dat was  wat Kouwenaar trachtte – naar eigen zeggen. Waar Kouwenaar trachtte is het Karel Wasch  gelukt:  in zijn nieuwe bundel de stenen zacht.  Als we de poëzie van  Wasch recenseren spreken we over een zeldzaam hoog niveau poëzie. En ik overdrijf geen letter. Het is adembenemende poëzie met die wonderlijke zeggingskracht die alleen hele grote dichters achteloos weten te leggen in hun gedichten. Zo lezen we bijvoorbeeld  in de slotregel van het gedicht ‘Dansen in de nacht’:  ‘Vlak voor de abortus, die jouw schuld zou zijn, zoals alles.’

‘zoals alles’ – begrijpt u wel zoals alles – grote dichters weten met twee woorden meer dan een hele wereld op te roepen. ‘echt’ is ook zo een woordje, zo’n waschwoordje:  ‘…dat ze eindelijk echt was en niet meer, wat ik van haar had gemaakt.’

Zo worden de stenen zacht gemaakt door Karel Wasch, soms tederzacht als hij over zijn moeder schrijft: “Ik heb zelden geprobeerd een gedicht over haar te maken. Niet tijdens haar leven, ook niet daarna. Wel is er een zeker echoënde zachtheid  van toon in mijn werk,….”

Zo worden ook andere soms zware onderwerpen  zacht gemaakt, zacht gepresenteerd aan de lezer, de tragische vriendschap – de jeugdvriend Erik kreeg een naam – ‘We dronken ons door een woud van leugens en wisten niet welke leugens en tot welke prijs.’ ‘…en God wat hebben we gehuild die dag zonder uitzicht, aan zee….’ . Karel Wasch schrijft over Leven, liefde en hoe het (ons) allemaal  kan vergaan –  allemaal en alles,  tot voorbij de dood, ook over dode dichters, over de stad, over  wildernis en over het jonge jongetje Wasch – en dan toch nog in drie regels nog heel even moeder:

 

Hoe alles waarvoor ze

me waarschuwde,

is uitgekomen.

 

we lezen het allemaal in 34 onontkoombare gedichten –  en we lezen als het ware over ons zelf. Als je Karel Wasch leest krijg je zin om poëzie te schrijven – Karel Wasch inspireert. Zin om je eigen stenen zacht te maken en zin om poëzie aan te raken. De onontkoombare poëzie van Karel Wasch ligt wonderlijk zacht in de hand.

 

 

http://www.indeknipscheer.com/tag/karel-wasch/

Karel Wasch
Het geluid van denken

gedichten
gebrocheerd in omslag met flappen,
76 blz., € 17,50
ISBN 978-90-6265-507-6
eerste druk oktober 2018

Share This:

FRANS TERKEN: ‘onder het genot van bjorns muziek en de geur van blookers cacao…’

De jaren tellen (voor Pom)

Dat het vandaag geen wedstrijd is
het leven van zondag vroeg uit de veren
voor commentaar en onderweg je dingen doen
– laat het vallen (van opstaan) maar achterwege –

tot ver in het land je stem verheffen
zoals wij hier met de lieven doen
onder het genot van bjorns muziek
en de geur van blookers cacao

niet op afstand virtueel samenzijn
maar tastbaar met trofeeën aangedragen
langs het water van de Amstel
om 65 te vieren, en nog heel veel plus
we houden het niet bij schrijven alleen
zeggen het ook om de stilte voor te zijn
als je het woord voert, groeit het van

het jaar met watersnood tot deze mijlpaal

mag je je koning rekenen in je eigen rijk
je onderdanen door de wolf geverfd
in sprekende kleuren en schone tonen
het is de hand van de meester die je erin ziet

‘kapitein’ van de Pom die blad voor blad leest
en steeds van zich laat horen – bril achteloos
opgezet om de wereld nog scherper te zien
van wat erin leeft en vandaag feest

FT 20/05/2018 

 

 

Share This:

MAX LEROU wint de enige echte virtuele – haakt u ook weleens af en zo ja van-wat-dan? trofee op pomgedichten. JEANINE HOEDEMAKERS ook goud, ERIKA DE STERCKE brons

Goedemorgen pom, er is goed ingestuurd, prima leesvoer waarvoor dank. Hier volgen de beoordelingen en het edelmetaal. Merik haakte af, Cartouche liet zich gaan en toen stuurde Jeanine in en werd mijn aanvankelijke besluit aan het wankelen gebracht. Het staat voor mij buiten kijf dat Max en Jeanine allebei goud verdienen, hun gedichten zijn verschillend in stijl en allebei af, toch doe ik het zo

Max goud
Jeanine zilver
Erika brons
Liefs en een fijne zondag, uw aller Bregje

de winnende gedichten:

Hongerspel

dat er altijd
een dag daarna is
zeg je

waarna, vraagt hij en
merkt op dat alle eerdere
dagen ook

voor een treffende reactie
plaats je je vinger
op een willekeurige regel
in de tv gids en leest
hardop voor:

een grote arena
waar er aan het eind maar één
levend uit kan komen

dat zeg ik, zegt hij
en staat op om de kippen
te gaan voeren
terwijl er helemaal
geen kippen zijn

precies zo er geen
echt gesprek was
denk je

.

Jeanine Hoedemakers

.

pom: mooie verstilde dialoog – bijna een pomgedicht – helemaal een pomgedicht – het is de eenvoud van de woorden die in een beklemmende sfeer een wereld van verschil oproept – niet tussen dichters maar tussen hem en haar. prachtig! als bregje dit gedicht niet in edelmetaal belegt vreet ik mijn hoed op.

.
bregje: Jeanine Hoedemakers —
De wens eens een goed gesprek te voeren proef ik uit de woorden , een gesprek dat kennelijk maar niet tot stand komt ongeacht het onderwerp dat wordt aangesneden. In eenvoudige taal neergezet. Sober met doeltreffend een mooie verwijzing naar de film The hunger games, waarna de kippen worden ingezet. Je proeft de honger dubbel, die van hongeren naar en de honger erna.

brief gespijkerd aan de paleisdeur

geachte mevrouw tot mijn spijt
moet ik u uit noodzaak laten
en daarmee afzien
van mijn verdere diensten
daar uw aanzien (spijtig genoeg)
inmiddels ver voorbij
het aanvaardbare is voortgeschreden

hoe u zich niet in ongestreken pyjama
gestoken in onze sponde neervlijt
maar dat het uw naakte vel is
waardoor ik tot zulk een gedachtedwaling kon geraken
u begrijpt en als niet auf wienerschnitzel

u veel succes toewensend in uw streven
naar een volkomen geneugtenleven verblijf ik
tijdelijk ter troost bij buuf

uw voormalig neukertje

ml

pom: ja een klassieker deze. verdient zonder meer goud bregje. maar bregje deelt de edelmetalen uit deze week. buurvrouw lust er wel pap van lezen we. ‘moet jij nog koffie gekkenhuis.’ wordt hier aan mij gevraagd in de huiskamer waar ik deze woorden opschrijf. max is afgehaakt zeg ik – graag ja – doe maar koffie. de dingen lopen door elkaar – ach ja – ik denk aan mijn buurvrouw hoe zij in de ochtend – dank je wel ja lekker die koffie – wie max leest houdt van koffie van poëzie, houdt van alle buurvrouwen, van het gekkenhuis waar ze in de ochtend koffie voor je inschenken. van pyama’s ook. mooi!

.
bregje: ml –
Haha, dat is nog eens ajuus zeggen.

PETRA MARIA ook in eindhoven bij Dutch Design Week
FRANS TERKEN ‘meer kapot dan dat kan niet’
MAX LEROU ‘auf wienerschnitzel’
MERIK VAN DER TORREN over een lege koude hal met een schim
ERIKA DE STERCKE tuinen bladeren leeg
ANKE LABRIE van toverbal tot kogel
MARC TIEFENTHAL richt zich tot ditmar
JOLIES HEIJ back in town tot Cartouche: U weet niet eens wat een clitoris vermag
CARTOUCHE ook back in town tot Jolies – vrij vertaald: ooit zullen we samen
JEANINE HOEDEMAKERS in een grote arena

wie wint de enige echte virtuele – haakt u ook weleens af en zo ja van-wat-dan? trofee op pomgedichten? van een vrouw van een man van een ding van uzelf? en daar sta je dan in het grote boze sprookjesbos dat wereld heet.
‘als je zegt wie je niet bent houd je jezelf over’

eens kijken of cartouche en laHeij al afgehaakt zijn – misschien van elkaar afgehaakt – we gaan het zien lieve lezer, lieve dichter. spannend zo het loskomen – ja daar sta je dan – argeloos, naïef en alleen in het grote boze sprookjesbos dat wereld heet. ach misschien hebben die twee elkaar weer een arm gegeven laheij en cartouche – ze kunnen echt niet zonder ons – dat zijn de genen. bregje juryvoorzitter aan onze zijde deze week. u kent de regels: gedichten niet te lang tenzij ze over de top zijn of tenzij noodzaak – stuur in voor zondag 10.30 uur (voor Cartouche 11.00 uur) onder ‘contact’. (zie hierboven in de zwarte kolom) – of op het u bekende gmail.com adres van pomgedichten@ – ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. het commentaar is verzekerd.

.

het is een rare dag vandaag
een vogel vliegt het blauwe raam
de tuin rookt snijdend koud van steen
de muggen zo bloeddorstig

als je zegt wie je niet bent
houd je jezelf over
een soort eerlijkheid die schoon is

pw

.
Goedemorgen Pom, ach als ik over blijf, blijf jij dan ook?
Ik ben er vroeg bij, maar op naar Eindhoven, Dutch Design Week. Inspiratie. Komt allen.

Later als ik

aan een zijden draadje
in het ochtendlicht
speelt het blonde haar
in zachte wind

in het voorbijgaan
zie ik haar
alsof ik weer schommel
in de keukendeur

het witte hekje
dat altijd lokt
kauwgom op de plank
voor later

dan draai ik om
ze zwaait

tot later
als

PM

pom: Goedemorgen Pom, ach als ik over blijf, blijf jij dan ook? pom: natuurlijk kind ik zal er altijd voor je zijn als je alleen overblijft. voorlopig zit je gezellig begrijp ik in eindhoven met je en temidden van je dutch design – eens even kijken of je het thema wel hebt gehaald. afgehaakt in het grote boze sprookjesbos dat wereld heet. iets met een kind? lees ik dat goed. een ontmoeting in een gedicht met een schommelend kind in een deuropening. kindjes doen het altijd goed in de poëzie. een in zachte woorden opgeschreven jeugdherinnering vanuit een vervreemdend perspectief. ja zo kan poëzie ook. (al wantrouw ik wel altijd kindjes in de poëzie – maar ja dat ben ik) – mogelijk denkt bregje daar anders over.

.
bregje: PM – Ik weer bij haar ben, vul ik in als ik klaar ben met lezen. Oh mijmeringen, verlangen.

doen we wel even deze tussendoor:

Bloedzuiger

Krabben aan de korsten van verbittering
hoe je je ook tegen pulken verzet
het trekt onweerstaanbaar

in elke wond woekert een litteken
een streep een vlek op de huid
loerend oog naar wie of wat je kwijt wil

meer kapot dan dat kan niet denk je
breekt het in nog kleinere kruimels
in bloeddruppels proef je het onherstelbare

om ze stuk voor stuk uit te zuigen
driftig zuiveren alsof je de hand
een laatste vinger al niet meer voelt

FT 21102017

pom: op de vroege ochtend ligt de inhoud van dit gedicht toch zwaar op de maag – smakelijk is anders frans. het thema helemaal gehaald – want zo is het gevoel natuurlijk wel na het afhaken. frans zet de boel meteen maar om in kneedbaar pus. hahaha. als bregje niet op tijd aan de kant gaat zit ze onder.

.
bregje: FT 21102017 – –
Ai. dit gedicht valt me zwaar op de maag. Het slaat me om de oren met een welhaast brute bitterheid. Ik vraag me af over wie je het hebt en betreur die persoon. Of, zou het de bedoeling zijn dat ik glimlach, dat ik in de overdrijving het tegendeel dien te proeven?

brief gespijkerd aan de paleisdeur

geachte mevrouw tot mijn spijt
moet ik u uit noodzaak laten
en daarmee afzien
van mijn verdere diensten
daar uw aanzien (spijtig genoeg)
inmiddels ver voorbij
het aanvaardbare is voortgeschreden

hoe u zich niet in ongestreken pyjama
gestoken in onze sponde neervlijt
maar dat het uw naakte vel is
waardoor ik tot zulk een gedachtedwaling kon geraken
u begrijpt en als niet auf wienerschnitzel

u veel succes toewensend in uw streven
naar een volkomen geneugtenleven verblijf ik
tijdelijk ter troost bij buuf

uw voormalig neukertje

ml

pom: ja een klassieker deze. verdient zonder meer goud bregje. maar bregje deelt de edelmetalen uit deze week. buurvrouw lust er wel pap van lezen we. ‘moet jij nog koffie gekkenhuis.’ wordt hier aan mij gevraagd in de huiskamer waar ik deze woorden opschrijf. max is afgehaakt zeg ik – graag ja – doe maar koffie. de dingen lopen door elkaar – ach ja – ik denk aan mijn buurvrouw hoe zij in de ochtend – dank je wel ja lekker die koffie – wie max leest houdt van koffie van poëzie, houdt van alle buurvrouwen, van het gekkenhuis waar ze in de ochtend koffie voor je inschenken. van pyama’s ook. mooi!

.
bregje: ml –
Haha, dat is nog eens ajuus zeggen.

Nee, ik haak af,
Bregje is volgens mij seksueel gefrustreerd en drinkt te weinig alcohol,
ik haak af,
ze heeft geen boek gelezen en beklimt het hoogste podium om – neus in de lucht – gedichten af te kraken,
ik haak af, naargeestige versjes en een portret van een everzwijn, een lege koude hal met een schim, dat is wat Bregje ooit liet zien, ik haak af.

Merik van der Torren

pom: ik voel een nare bries in een lege koude hal met schimmen. brrr. nee merik mag bregje niet. zoveel is zeker. merik denkt bregje te kennen. of is merik bregje zelf? we komen het maar niet te weten. het afhaken zelf mooi vorm gegeven. dat dan weer wel.

.
bregje: Merik van der Torren

Arme Merik
als kloppen naar uithalen klinkt
weerzin leidt tot resultaat
een portret van lamgelegde ogen
in een afgewend gezicht
ja dan komt soms de taal
tot een podium
waarop het zichzelf voordraagt
dat wezen
in een heel fout licht

Alstublieft van der Torren

Loep

Een week van jeuk
houdt me de spiegel
van veroudering voor,
ik die de jaren buiten blaas,
nu het nog kan.

In een steen
wil ik veranderen,
ongevoelig
voor koude en warmte,
waar voeten aan voorbij lopen
en waarop vogels
in een onverschilligheid
drek lozen.

Merkwaardige dagen,
tuinen bladeren leeg,
verpleegsters verkassen
het buitenlicht
naar gedachten die spreken
met sprongen.

Ik ben het vergrootglas
uit mijn brein.

Erika De Stercke

pom: een beetje morbide is ze wel onze erika. als ze afhaakt dan zal het zo moeten zijn lezen we. nou ja ze brengt wel onder woorden waar velen voor weglopen. de leuke jongemeisjeslook een keer ver van haar geworpen. ja pomgedichten werkt reinigend. je houdt jezelf over als je deze site bezoekt. de meeste mensen kunnen dat niet aan. erika wel. hulde!

.
bregje: Erika De Stercke –
Zo lees ik ze wel graag. Minpuntje, strofe twee ontaardt wat in opsommen en tuinen bladeren leeg…. Verder oké. Prachtig is: ik die jaren buiten blaas

taal
toverbal
kan ik nog kleur bekennen
of streelt mijn tong jou al te lang
en rest alleen
de harde grauwe kern

geef mij iets van jouw oude toverkracht
zodat die kern geen kogel wordt

anke labrie

pom: leren we uit de woorden van anke. als de betovering de schone schijn verliest rest niet altijd een schitterende diamant – het leven in een notendop geschilderd.

.
bregje: anke labrie –
Mooi gesproken, een kern mag geen kogel worden, niet verharden. Er zijn altijd meer toverballen meisje. Dankjewel Anke.

Zo, ik dacht, bakker, laat ons een koekje van eigen deeg, ditmar en aldus:

Los en lost

Van het ene ogenblik
op wat anders, lag de lijn strak.
Het zou een karper moeten zijn.

Trekken was de boodschap,
het aas had gediend als klare hap.
Ik haalde de lijn binnen,
kon weinig anders verzinnen.

Daar kwam de knaap
in zicht gezwommen
recht voor mijn raap.

In het zicht van de oever,
de hengel was wat geklommen,
maakte hij zich met een karpersprong los.

Marc Tiefenthal

pom: afhaken – ja dat wordt nooit wat tiefenthal en ditmar bakker. de hengel was geklommen? tiefenthal vist precies die woorden uit de taal om recht te doen aan de titel van dit gedicht.

.
bregje: Marc Tiefenthal –
Hmm, niet gek, drie eerste, veelbelovende regels, dan zakt het een beetje in met als diepte punt de vierde regel, even lijkt de lijn weer te spannen maar dan dat ‘recht voor mijn raap’ . Goede laatste regel. Die tilt alles prima op.

maak je geen zorgen, pom, het was maar de spreekwoordelijke knuppel in het hoenderhok
dat we elkaar en anderen maar mogen blijven knuppelen!

Spiegels zuigend tot medelijden

Toen ik u voor het eerst ontmoette praatte u heel handig
de losse eindjes aan elkaar, die bestonden heel gewiekst
uit het ontluisteren van mijn ziel. Als een
ware dokter legde u uw elektriserende zijn

op pijnplekken, martelaressen waren er om te
beffen en al het bloed is lekkerder als het met
medelijden is aangelengd. Maar u kent mij
niet, u kent alleen de spiegel die ik u

voorhoud en uw eigen evenbeeld is leeg als
een lekkende teef. U heeft iets met moeders
die u hebben gekneed en getemd tot knuffeldier.

Tot hier en niet verder. U weet niet eens wat een
clitoris vermag, ziet enkel eikels vallen tot samenraapsel
en babbelt driftig uw eigen onvermogen aan elkander.

Jolies Heij

pom: wat een lelijke titel kind. over nieuw! dat is geen dichten! een ‘me-too’ gedicht schat ik verder in. zonder het opportunisme dat amber helena reisig zo kenmerkt en in ruime mate in zich herbergt. hoe dan ook – cartouche mag wel dekking zoeken. Cartouche praat heel handig de eindjes aan elkaar – zoveel is zeker – Als een ware dokter legt hij zijn elektriserende zijn op pijnplekken – ja dat moet cartouche wel zijn – toestanden weer hier op pomgedichten – ben blij dat bregje een oordeel moet vellen.

.
bregje: Jolies Heij – Zo, Jolies pakt weer even uit. Vreselijke titel, dat is spijtig. Martelaressen waren er om te beffen. Kijk, zo leer je nog eens iets.

Haha, half elf, jij halve gare
hoe kom je erop, het is twee
voor twaalf, handen op een buik
gevouwen blaas ik deze duit als laatste
in de zak mits je handklok de tijd terug
voluit op 11 of 12 voor een zondag zet
zo niet – houd je mij maar voor gezien


***********~~***********

Oost is oost en west is west en ooit zullen ze samen

als ik tot het oostereinde gaan, het verre
Isphahaan, om het sprookje los te dansen
niet met jou, jij hebbeding, vluchteling
alleen mij en ik, zinnebeeld en tegengif
voor alle vloeken, haken en ogen

vonken en vibreren, draaien om de as
in wervelmaat de wereld slaan in lood en wit
op een podium van doodse stilte waar de voet
zijn loper vindt in het ritme van een heup en
hand als maaiden ze het afgehaakte pad

met kool gerande ogen rondjes draaien
in een klokkende mantel sprekender dan
enig van Nietzsches tranen, Wagners goden-
deemstering of carnaval van Saint-Saëns
zo deerlijk kon verbeelden, dit dierlijk

bovenmenselijk kolken in mijn bloed
de vloed van ongetraande gratie laten
stromen om het hoofd te tamponneren
en dichten handen en voeten te geven
aan geloof het bos te kunnen zien

lichtelaaie in vermolmde bomen

21-10-2017
Cartouche

pom: 21 regels – cartouche is uit op een rode kaart. geen enkele noodzaak ook om dit gedicht te laten uitdijen. de kern is genoeg – hij moet heij niet. haakt af en schrijft:

alleen mij en ik, zinnebeeld en tegengif
voor alle vloeken, haken en ogen
vonken en vibreren, draaien om de as
in wervelmaat de wereld slaan in lood en wit
op een podium van doodse stilte
dit dierlijk bovenmenselijk kolken in mijn bloed

ja zo is hij onze cartouche.

.
bregje: 21-10-2017 – Cartouche –
Pffft, zware kost. Meneer toont even dat hij zijn klassiekers kent en zo. Ik durf niet te beweren of alles wat er in staat nodig is maar ik zou ook niet aan kunnen wijzen wat er uit zou kunnen. Al struikel ik bijv. toch wel over; dit dierlijk bovenmenselijk kolken, ik weet niet goed wat ik bij een dergelijke verwoording moet proeven. Misschien ben ik in een dichterlijke ‘ruzie’ terecht gekomen. Tjonge.

Hongerspel

dat er altijd
een dag daarna is
zeg je

waarna, vraagt hij en
merkt op dat alle eerdere
dagen ook

voor een treffende reactie
plaats je je vinger
op een willekeurige regel
in de tv gids en leest
hardop voor:

een grote arena
waar er aan het eind maar één
levend uit kan komen

dat zeg ik, zegt hij
en staat op om de kippen
te gaan voeren
terwijl er helemaal
geen kippen zijn

precies zo er geen
echt gesprek was
denk je

.

Jeanine Hoedemakers

.

pom: mooie verstilde dialoog – bijna een pomgedicht – helemaal een pomgedicht – het is de eenvoud van de woorden die in een beklemmende sfeer een wereld van verschil oproept – niet tussen dichters maar tussen hem en haar. prachtig! als bregje dit gedicht niet in edelmetaal belegt vreet ik mijn hoed op.

.
bregje: Jeanine Hoedemakers —
De wens eens een goed gesprek te voeren proef ik uit de woorden , een gesprek dat kennelijk maar niet tot stand komt ongeacht het onderwerp dat wordt aangesneden. In eenvoudige taal neergezet. Sober met doeltreffend een mooie verwijzing naar de film The hunger games, waarna de kippen worden ingezet. Je proeft de honger dubbel, die van hongeren naar en de honger erna.

Share This:

LISAN LAUVENBERG: Lijstjes, lijstjes en nog meer lijstjes. ‘Ik heb een Limburger lief. Ik ben meer dan een keer waanzinnig verliefd geweest.’

Lijstjes, lijstjes en nog meer lijstjes. 

Aan het eind van elk jaar krijgen we met lijstjes te maken, steeds meer en steeds absurder lijkt het wel. 
Mijn persoonlijke favoriet is de top 2000 a gogo
En ik hou vooral van de verhalen van de lijstduwers. Persoonlijke herinneringen van BN-ers bij muziek die hun raakte, of waar ze een speciale herinneringen bij hebben. Lucille als meisje over de  plaat heen zingen,  óver de plaat héén…Proud Mary, van Ike and Tina Turner omdat ze benen, die benen van Tina Turner zo geweldig vond. In de uitzending is ze niet te beroerd om het nog eens te laten zien. Ik zag een meisje met een droom om zangeres te worden, maar die helaas niet de juiste benen had. Iets van de oude pijn schijnt door. Schrijnt door. 
Want ook dat doet muziek, de tonen raken lagen in ons onderbewuste en geven geheimen prijs, die we niet wilden delen, maar het in deze tijd van jaar toch vaak doen. En dan ontstaan  als vanzelf de lijstjes van de dromen die ik zelf had en waar ik niet meer aan toe kan komen. Omdat ik vele lijstjes later ergens anders ben uitgekomen dan ik toen als meisje voor ogen had. 
Ik zal bijvoorbeeld nooit meer leren dichten als Vasalis, noch ooit een bundel uitbrengen met mijn poëzie voor mijn vijfentwintigste. Ik zal nooit leren schaatsen, noch zal ik ooit balletdanser of chirurg worden. Of prins Carnaval, want ik wilde niet de bloemenprinses zijn, gekozen door de prins, nee ik wilde zelf die prins zijn en de carnavals periode lang het dorp regeren. 
Maar toch heb ik veel gedaan, waar ik blij mee ben en trots over, die nooit op een lijstje hebben gestaan. Die heeft het leven zomaar gegeven,  of er zijn kansen gecreëerd die ik niet voor mogelijk hield. Kennen de lezers ook van die lijstjes? En durven ze die te delen? 
.
.
Lijstje
Ik heb nooit wraak genomen
Ik heb een prachtig kind gekregen
Ik heb vele vrienden en vriendinnen. 
Ik kan heel goed koken
Ik giechel nog steeds.
Ik heb een Limburger lief. 
Ik ben meer dan een keer waanzinnig verliefd geweest. 
Ik heb een vak geleerd waarbij ik mensen echt kan helpen. 
Ik schrijf een column
En volgende week weer een 🙂
.
Als god dat wil, zou mijn oma zeggen. 
En mijn oma is al zo lang dood, dat het tijd wordt dat ze terug komt, ik heb haar nu lang genoeg gemist. 
Als ik een lijstje zou maken van mensen die ik ook terug zou willen zien, levend en wel, dan weet ik elk jaar dat ík langer leef, dat dat lijstje langer wordt. Daarom is er nog geen reden om de moed op te geven. Er is alle reden tot feest. Ik ben er nog en het nieuwe jaar komt er aan. 2016 is geleden en er werd geleden en gebeden voor beter. 
2017 brengt ons de goede kant van het menselijke leven. Althans dat wensen we  onszelf en anderen hierbij van harte. 

.

Oud

.

Eén dans, één dans met sproeiende ogen,
gloeiende wangen, losse handen.
En dan opzij gaan staan. De bleke glimlach voelen,
die als een nevel op een avondwei
omhoog stijgt. Langzaamaan verkoelen
en merken dat de nevel sneeuw geworden is.
Dan wijze dingen denken, lachen, liegen,
winst maken uit het wezenlijk gemis?
Of plotseling weer het feest inspringen,
op stijve benen en met koude handen
dansen en vallen, overdekt met schande?
Het helpt niet. Houding is het leven niet,
onthouding evenmin. Zwijg en ga heen
en loop alleen zoals een oude wolf
en lik de laatste druppels uit de droge plassen.
Proef goed, het is uw heil en de grimassen
die gij moet trekken zijn vol herinnering
aan vroeger lachen. Met nog één druppel
loodzwaar bestaan, dat toekomst heet:
de laatste terug van onverdund en helend leed.

———————————————
uit: ‘Vergezichten en gezichten’, 1954.

Vasalis

Share This: