GOUD VOOR FRANS
FRANS TERKEN laat haar hier op weg gaan naar wie haar neemt zoals ze is. ik wil nieuw worden – zij wil nieuw worden – we zeggen het gorter na en na gorter hier frans terken. een bevrijdend gedicht zoals elk nieuw jaar bevrijdend zou moeten kunnen werken. dat we niets meer mee hoeven te nemen van het oude meubilair, niets anders dan onszelf. dat we ons zelf weer kunnen zijn – dat is een mooie wens voor de mensheid, voor de lezers van pomgedichten, voor haar met die borsten, die rijzende borsten die … nee laat ik het anders zeggen met frans terken… ik neem ze zoals ze zijn. webmaster wil ook weleens wat. een prachtgedicht voor het nieuwe jaar, met hoop en liefde – zal de liefde van de lust zijn. een mooi rijzend begin. ik zeg het frans na – ik wens het u toe – dank jullie wel voor de prachtige inzendingen. goud voor frans – van harte. zilver voor sander meij, brons voor joz knoop? mag het zo? het waren voor mij de drie gedichten die er uit sprongen. die mij raakten.
Wie neemt haar toekomst in handen
Zij leest het jaar in jaar uit in de Margriet
vlucht als een libelle voor de winter
zoals ze reist in haar dooie eentje
op weg naar een volwaardig buitenhuis
in het raam gaat de haast langs haar heen
daar waar tussen bomen oud leven uitwaait
ze denkt terug aan wie ze achterliet
opluchting onder een hoed gevangen
vandaag is hoop haar gezel ze neemt de tijd
voor nieuw een spannende verovering
niet weer een man die blijft zagen
aan de eikenhouten koppen van het meubilair
verse adem halen voor een ander jaar
een volgende ronde aardige kansen de wereld
is weer jong klopt fris aan haar rijzende borsten
op weg naar wie haar neemt zoals ze is
wie ze samen zijn
FT 28122015
prachtige beelden en overwegingen geeft frans ons hier aan het einde van het jaar. de dame in kwestie met ‘rijzende borsten’ op weg ook naar nieuw. het perfecte oudejaarsgedicht om weer fris aan de start te staan van 2016. ja ik wil wel naast haar plaatsnemen hoor op het groene bankje. die rijzende borsten gaan op de een of andere manier niet meer uit mijn hoofd. ritmisch verantwoord ook.
SANDER MEIJ schrijft over het naadje van haar kous – FRANS TERKEN over haar rijzende borsten – RIK VAN BOECKEL over haar dromen – JOOP KOMEN doet een ‘ger belmertje’ tussendoor ‘ter nagedachtenis aan hen die ons ontvielen‘ – RENÉ BRANDHOFF plaatst haar in een trein die nooit zal vertrekken – JOZ KNOOP plaatst haar in het groen – DITMAR BAKKER laat haar nog even door het raampje naar buiten kijken – RONALD M OFFERMAN stapt op haar over – ANKE LABRIE levert haar een nieuw script aan – CARTOUCHE noemt haar leda en is haar zwaan – JOLIES HEIJ laat haar in de nieuwjaarsnacht sterven – W. VAN HERLE over zijn stiefouders jolies heij & martin ma de jong. vuurwerk met JAKO FENNEK.
wedstrijd gesloten – dank jullie voor zoveel moois.
redactie: het door joop k omen ingezonden werk is momenteel onderwerp van redactieberaad. sommige leden van de redactie kunnen niet leven met het door de heer komen toegevoegde bijschrift. andere leden van de redactie maken geen bezwaar tegen een zelfverkozen sanering van het redactiewezen. momenteel is de heer de jong aan het woord. mneer de jong is nogal breedsprakig. we berichten nader.
- de heer de jong heeft inmiddels de zaak van alle kanten belicht en heeft een schorsing aange-vraagd. onduidelijk is echter wie de heer de jong geschorst wil hebben. hij heeft de aanwezige pers laten weten daarover een verklaring te willen afleggen. hij wil in de verklaring puntig uiteenzetten dat hij het oneens is met alle dingen en sommige dingen in het bijzonder. voorts zal hij ook een korte samenvatting verzorgen van het gloedvolle betoog dat hij heden morgen hield voor de uit alle hoeken en gaten toegestroomde voltallige redactie. webmeester wolff heeft alle aanwezigen uitgenodigd om tot besluitvorming te komen – anders blijft alles maar in het luchtledige hangen – ‘dat is voor niemand goed’ – zo sprak de heer wolff. we berichten nader.
- op een vraag van het aanwezige redactielid jolies heij of de heer de jong niet iets sneller zijn punt zou kunnen maken in deze brandende kwestie – omdat zij zelf is verwikkeld in tal van andere kwesties en grondoorlogen – heeft de heer de jong laten weten – dat niet hij maar de heer joop komen eerst verantwoordelijk is voor de huidige situatie op pomgedichten. de heer de jong vraagt tevens aandacht voor de situatie in heerlen waar nu amber helena reisig met een hevige keelontsteking verblijft. (het schrijven wil nog niet erg lukken) – en voor de situa-tie op lesbos waar de heer platenkamp met een collectebus in de weer is. (die vluchtelingen hebben werkelijk geen stuiver over voor hun lotgenoten.) De heer wolff nodigt de aanwezigen uit om de problematiek centraal te houden en niet alle kanten te laten uitwaaieren.
- inmiddels heeft de 86 jarige joop komen ons het volgende laten weten. hij heeft op emotionele wijze kennis moeten nemen van de berichtgeving op de achterpagina van het tijdschrift ONZE TAAL: ‘Amstelveens restaurant weigert 96jarige pannenkoek.’
Een ingrijpend vooruitzicht aldus komen. Alleen als ik morgen niet meer wakker word hoor je mij niet klagen, voegt de kranige komen nog toe aan zijn verklaring. - de heer de jong is zojuist tot zijn slotconclusie gekomen. iets met storm en een glas water. de niet meer aanwezige redactieleden hadden die conclusie al iets eerder getrokken. in het lege redactielokaal sprak uw webmaster nog een woord van dank richting heer de jong voor zijn uitvoerige analyse. het heeft even geduurd maar we hebben elkaar gevonden zo sprak wolff. de wedstrijd wordt voortgezet met de inzending van de heer BAKKER.
mooi plaatje hopper – misschien brengt het u – en dan ook ons – nog een prachtig het jaar afsluitend gedicht. we genieten er graag van – inzenden svp voor 1100 uur oudejaarsdag – waarheen ze op weg is – wat zij nog leest – of is ze op haar retour – we weten het niet. we lezen het bij U. u kunt uw gedicht als reactie plaatsen – onder ‘leave a comment’ – (even registreren, dan inloggen en dan uw reactie) – ik zorg er voor dat uw gedicht in het item wordt geplaatst. commentaren verzekerd natuurlijk. de gedichten niet te lang, tenzij noodzaak.
en ik
zwanen zwemmen witheet weg
dat noem ik geen natuur
afgesloten vrouwen fietsen mij voorbij
de een de hel, de ander rood
een derde kijkt nog even om
zich heen en opgebroken weg
en ik, ik wil de amstel zien
pw
Waarom ze nooit agenda´s weggooit
het is de zwaarte van bomen
onder loodgrijze luchten
die haar neerdrukte op deze bank
de trein naar Parijs deed nemen
Parijs, natuurlijk, de Seine nog eens zien
al schijnt het wat stil deze feestperiode
ze bladert in haar jaarverslag
herziet een paar scènes bij omcirkelde data
op het beslagen raam van de treincoupé
tekent ze een vuurwerkshow
die voordat hij af is verdwijnt
net als dit jaar, met een sisser
later die avond, aan het begin van een brug
als de regen op haar jarige rug
cirkels zaait als op crêpepapier
schudt ze zich driftig de hand
maar noem haar gerust een optimist:
vanaf nu is het uitzicht onaangetast
en al het oude raast voorbij
op weg naar niet langer
te verteren verleden
altijd vrolijk, altijd opgewekt, de werken van Sander Meij – PARIJS NATUURLIJK! kraait het van plezier in het werk. – zo kennen we de dichter weer. dat hij daarna de dame slachtoffert – de Seine in jij! maakt dan al lang niet meer uit. in de werken Meij wordt heel wat geofferd. Mooie slotregels ook hier waarin de dichter de teloorgang nog eens in verfijnde poëzie tot uitdrukking weet te brengen. waarheen ze op weg is – wat zij nog leest – of ze op haar retour is – we weten het nu. keurig aan de opdracht gehouden. als meij een gedicht schrijft – om met de ons ontvallen drs. P te spreken – dan is er een goede kans dat er weer een juffrouw in het trapportaal ligt – dan wel in de Seine drijft. vrouwen genoeg. aan het oeuvre van meij kan nog het een en het ander toegevoegd.
Wie neemt haar toekomst in handen
Zij leest het jaar in jaar uit in de Margriet
vlucht als een libelle voor de winter
zoals ze reist in haar dooie eentje
op weg naar een volwaardig buitenhuis
in het raam gaat de haast langs haar heen
daar waar tussen bomen oud leven uitwaait
ze denkt terug aan wie ze achterliet
opluchting onder een hoed gevangen
vandaag is hoop haar gezel ze neemt de tijd
voor nieuw een spannende verovering
niet weer een man die blijft zagen
aan de eikenhouten koppen van het meubilair
verse adem halen voor een ander jaar
een volgende ronde aardige kansen de wereld
is weer jong klopt fris aan haar rijzende borsten
op weg naar wie haar neemt zoals ze is
wie ze samen zijn
FT 28122015
prachtige beelden en overwegingen geeft frans ons hier aan het einde van het jaar. de dame in kwestie met ‘rijzende borsten’ op weg ook naar nieuw. het perfecte oudejaarsgedicht om weer fris aan de start te staan van 2016. ja ik wil wel naast haar plaatsnemen hoor op het groene bankje. die rijzende borsten gaan op de een of andere manier niet meer uit mijn hoofd. ritmisch verantwoord ook.
Een horizon te ver
Ze leest een droom even voortvarend
als de trein waarvoor ze geen hoed afneemt
een retour nam ze niet
langs de rails naar de toekomst
is er geen weg terug naar wie ze was
toen ze hem achterliet als een oud jaar
ze vergeet te kijken naar het raam
waarachter het nieuwe voorbijschuift
als een schim hoopvolle flarden
ze plukt ze liever van papier
de brochure van het leven
daar rolt ze de dagen mee door
het volgende station is een horizon te ver
dat ze nooit aankomen zal
weet slechts de lamp boven haar hoofd
ze zal reizen tot de jaren
als dromen van ouderdom voorbij zijn gegaan.
Rik van Boeckel
28 december 2015
rik vangt de dame op binnen de lijsten van het schilderij waarin ze is gesitueerd. dat geeft haar een soort eeuwigheidswaarde. respectvol naar hopper zeker. rik laat haar in haar waarde. niets op af te dingen. een visie.
om de zorgen van een bewogen 2015 van ons af te blazen en tevens ter nagedachtenis aan hen die ons ontvielen, schreef ik dit ‘belmertje’:
mijn goede voornemen
met vaste blik kijk ik vooruit
naar de eerste dag van januari
ik recht mijn rug neem een besluit
eens en voorgoed uit de penarie
ik stopte zonder vorm van spijt
maar zit sindsdien intens te kniezen
met lollies dood ik nu de tijd
zal ik het winnen of verliezen
en nu over een dag of vier
weet ik beslist dat ik zal winnen
want dan zal ik met veel plezier
opnieuw met roken gaan beginnen
joop komen
of ger – die ons ontviel in 2015 – dit had kunnen waarderen – komen we niet meer te weten. ger lachte meestal niet om grapjes van een ander en op het laatst ook niet meer om zijn eigen grapjes. op het gedicht op zich zelf is niets aan te merken – light verse – grappig slot. het bijschrift van joop brengt ons bij het zelfverkozen afscheid van ger belmer in 2015. zet de laatste vier woorden dan ook in een bijzonder daglicht.
zitten blijven
het is maar een zitplaats
vermomd als treincoupé
wellicht benoembaar als vehikel
voor verlangen naar een speeltuin van vroeger
maar het is een kroeg
een beetje leuk verbouwd
met dingen die een reis betekenen
dat drinkt makkelijk weg
een plek waar je een middag lang een boek leest
omdat het je doet denken aan een reis
terwijl je eigenlijk nergens heen wilt
en deze trein vertrekt gelukkig nooit
straks komt nog de ober langs
hij zal vragen naar je bestemming
dat is niet grappig want je kent hem
René Brandhoff
de bundel brandhoff is in 2016 aanstaande. hierbij de eerste bestelling. maar of deze de bundel haalt? ook rené stapt niet in de trein. net als rik. maar kiest wel voor een ander decor. een ander decor met een man die nog in beeld moet komen. zo verhoppert rene brandhoff het beeld. de vierde strofe moet je wel zo schrijven voor het effect maar werkt toch ook als een natte dweil op de lezer.
De overgang
Het nieuwe jaar is groen
in deze vers omheinde wei.
Ik voel me net een ram
wanneer hij wordt geschoren.
Niemand zal bewegen
als de golven goed vibreren.
Er ligt een toekomst klaar
om door anderen in te laten vullen.
Het komend jaar leent zich niet
voor te dwaze voornemens
in de waan van de dag.
Een beetje kerel wapent zich
in de waan van de dag
voor te dwaze voornemens.
Het komend jaar leent zich niet
om door anderen in te laten vullen.
Er ligt een toekomst klaar
als de golven goed vibreren.
Niemand zal bewegen
wanneer hij wordt geschoren.
Ik voel me net een ram
in deze vers omheinde wei.
Het nieuwe jaar is groen.
Joz Knoop
joz werkt het gedicht uit van voren naar achteren en van achteren naar voren – de enige regel die een keer wordt gebruikt is de middelste: ‘Een beetje kerel wapent zich’. op de een of andere manier leest de tekst prettig omdat je de tekst al gelezen hebt als je de tekst uitleest. over de regel ‘Een beetje kerel wapent zich’ ga ik nadenken. er ligt een toekomst klaar lees ik nu toch met meer nadruk. en ‘Het komend jaar leent zich niet
om door anderen in te laten vullen.’ zo verschuiven de zaken in het gedicht als in de wereld – laat joz ze verschuiven. mooi.
Het Evangelie koos vandaag het spoor,
zij zalv’ al tien minuten in de trein;
men moet er dus nog eventjes mee door—
hoe heerlijk kan zo’n lange treinreis zijn!
Goud zonlicht noemt men hemels filigrein
bekledend vogeleinzang: fauna’s koor
waaronder ons dom mensschap. Luttel. Klein.
Immens schalt dogmatiek ons in het oor.
Zag men het afgesneden hoofd daarbuiten,
van die zeloot genomen, naast de biels…
het war’ epifanie achter de ruiten!
Mijn glimlach krijgt iets vrooms & infantiels
als zijn gebed verwordt tot een iel fluiten:
mijn handen maken zindelijk van ziels.
Ditmar Bakker
‘zindelijk van ziels maken, een evangelie dat spoor kiest’. ergens lijken de woorden toch losgezongen van de werkelijkheid. komen we in de wereld terecht van het postmodernisme. het gedicht als betekenisdrager kun je wel met tekens volstoppen als zender maar als de ontvanger deze tekens niet herkent of niet wil herkennen dan gaat het mis met de communicatie tussen de dichter en zijn voetvolk.
laten we het op een avantgardistische tekst houden. dat we nog even moeten wennen aan de tekens die de dichter ditmar bakker in dit gedicht positioneert. aan zijn voeten lag ik toch al. te zuigen. heerlijk.
Overstappen
Ik las het land toen ik onderweg was
Ik herkende torens in de verte voorbij het gras
Zag rivieren waarvan ik de naam ooit geweten had
Las de naam van een stad op het blauwe bord
Op het perron waar we even stil stonden
Holde ik slepend met mijn koffers
Snelle voetstappen op de trap
De trein bewoog alweer ik keek je aan
Ronald M.Offerman
Amsterdam 30-12-2015
we moeten ronald er nog wel even op wijzen dat het om een schilderij gaat hier. dan kun je wel overstappen op het amstelstation maar naast haar kom je niet te zitten. en ook in lijn 13 zit ze niet. en in de kinkerstraat stapt ze niet uit. wie maakt het schilderij van een ronald m offerman zwetend zittend op een van zijn koffers op de tramhalte kinkerstraat ten kate markt wanhopig uitkijkend naar een blonde vrouw die als ze aan hem voorbij gaat niet op wil kijken.
het was vannacht de laatste keer
voorlopig is het doek gevallen
nu even geen knallen meer
ook al was het de champagne
ze leest het nieuwe script alvast
de tegenspeler kent ze niet
hopelijk nu wel goed gecast
haar eigen rol bevalt haar wel
het schouwtoneel dezelfde plek
de bijrollen kunnen verrassen
want dit script is knettergek
zij speelt de psychiater
anke labrie
ze is wel ijverig – overijverig. of is ze helemaal uitgekeken op de tegenspeler in het nu afgelopen stuk. dat laatste zal het zijn. steeds maar weer die man die in een vervallen tramhokje haar aanstaart en haar aan bleef staren. die bezwete hijgerige blik, die aanblik. nu kan ze de diepte in. past haar beter.
Op weg
Anna’s, Maria’s en een Magda, ach
zovele heb ik er gekend, ellende
een en al, elke maat en soort gewicht
van catwalkwicht tot bloedeloos gezicht
Tussendoor een spot van hot
het wende, keer op keer dat hoppen
van wisselwarmte van een rijtuig
naar het hobbelen van een balkon
An sich waren zij mij allen even lief
alleen die trein bleef maar voorbijgaan
aan mijn allereigenst IJ-perron, naïef
zoals ik dieven waande op de railbaan
Later aan het einde, bij de uitgang
van de restauratie kwam een spoor
het raam binnenglijden,
koninginnengelei
Hoeveel
krachtvoer moet een man verstouwen
voor hij vleugelvrouwen kan vertrouwen
vertrokken zijn zal van de pijn en lacht
Vrouwen die sporen werken als dommekracht
– gedichte eten bloemen uit de nacht –
hen heb ik voorgoed, zij mij voor beter
in de wacht gezet om toe en af te bouwen
Al waarvoor ik zwichtte, op de rem ging
deed ik om kwijt te spelen en te blijven
eten van mijn muze: Dido, Diana, Dana
nee Leda is haar naam
Cartouche, 31-12-2015
geef Cartouche een vinger en hij pakt je hele duim. 20 regels is hier de norm. hooguit 20 re-gels tenzij noodzaak. noodzaak noodzaak? het lijkt de lidl wel. op de schappen de vrouwen in alle maten en vormen, met en zonder gelei, van hot tot her, en cartouche vergeet ook de bloe-delozen niet – die zeuren niet aan je kop aan het einde van de maand. cartouche is er eens even goed voor gaan zitten. ik ook. laat ik het zo zeggen – ik had de bijdrage van cartouche zeker niet willen missen. hij hoort erbij. ik wil hem persoonlijk bedanken voor alle bijdragen dit jaar. hij kan ook zo heerlijk boos worden na een commentaar om dan in een grootheid die hem kenmerkt weerom te keren – om de pot te pakken. de gouden pot. deze week niet. ‘– gedichte eten bloemen uit de nacht –’ is een wereldregel.
Oud is trouw en nieuw is voortvluchtig
Zij weet zich behoedzaam bespied, hoeden roepen
nu eenmaal vragen op. Zij wandelt zonder ogen
door het leven, slaat ze alleen naar hem op.
Haar lege vellen lekken geen inkt meer
de wondroos zit diep onder de gordel.
Je kunt er mooi oud mee worden. Dit is
haar wachtkamer: de olijfzachte bank onder
haar billen doet haar vergeten dat ze op
hete kolen zit. Ze kan niet heen en niet terug
haar klucht is de vrucht van een tweeledig
huishouden: haar vriend is haar trouw
haar overspelige reisgenoot uitgestapt. Het goot
onheilstijdingen maar de strijd bleef onbeslist.
Zo waadt ze door het jaar, haar hoofd
aan een zijden draadje. Als het kon
zou ze eenzaam in de nieuwjaarsnacht sterven
maar ze trekt een scherm over haar huid
duikt weg in de hoed en groet het
thuisfront: schat, leng jij de molotovcocktail
aan en o ja, maak de hond vast koud.
.
Jolies Heij
Heij wil gewoon te veel met haar poëzie. het is verantwoord, het is strak gecomponeerd, maar het is ook de betonmolen die maar door draait. je wil ook weleens als lezer meehuilen met een gevoe-lig liedje, geraakt worden – dat de gedichten bloemen eten uit de nacht bijvoorbeeld zoals bij car-touche. dat het daarbij mag blijven. eenzaam sterven in de nieuwjaarsnacht dat beeld alleen al is zo sterk dat het een gedicht op zich zelf verdient. daarachter hoeft niet meer perse die koude hond als toetje geserveerd.
soms hebben we genoeg aan een beeld – hopper ook:
Zij wandelt zonder ogen
door het leven, slaat ze alleen naar hem op.
Zo waadt ze door het jaar, haar hoofd
aan een zijden draadje. Als het kon
zou ze eenzaam in de nieuwjaarsnacht sterven
zo is het mooi, echt mooi genoeg jolies.
Geachte Heer Pom Wolff, als weeskind ben ik een jaar geleden opgevangen door MA de Jong en mevrouw Heij (dat is een geheim dat ik vandaag prijs geef), en als zodanig ben ik ook met de poeziebacil besmet. Dit is de eerste schrijfoefening die ik durf op te sturen. Wat ik schrijf heb ik zelf meegemaakt, het is een foto die ik nam in de trein naar Heerlen. Vandaar dat mijn stiefvader daar zo druk over doet. Leest u wat mij overkwam. het jong van MA & Heij
Zie de trein waarin ik zat
tegenover de dame met de hoed
die ik aardig goed kende.
Het was een vriendin van de vader
die mij aangenomen heeft, onder de hoede
nam samen met mijn geestelijke moeder.
Ik dwalende wees rees uit de zetel
gaf haar beleefd een hand en vroeg
waar ze naar toe ging.
Mijn bestemming is de stad H. zei ze gevat,
ik maak een lange reis om weer thuis te komen,
als jonge dichter zou jij dat ook moeten doen.
Links bewoog bos, rechts hei, kroop landschap
en tijd voorbij (maar dat zie je niet op de foto).
Zij ging terug naar een leven tussen
glas-in-lood, dat ging ze uitschrijven
op de vellen die naast haar lagen.
Daar is het wachten op, een aankomst
ook de neerslag van een eerdere tijd,
die ik ooit nog verder ga schrijven.
.
W. van Herle
ondanks uw (jouw) stiefouders schrijft u (schrijf je) onverwacht evenwichtig beste van herle. niet dat er goud zilver of brons in zit deze ronde. ook uw ouders (je ouders) wisten hier nooit te winnen – dus wees maar blij van een andere genetische samenstelling te zijn. de genen van uw stiefmoeder slaan nogal vlammend uit soms en die van uw stiefvader zijn vaak van bloeddorstige aard. u bent niet echt goed terechtgekomen en toch nog zo mooi schrijven. u (je) verdient een pluim. ga zo door.
voorgoed
we waren in de tijd
en de tijd was in ons
we sloegen het rythme van dagen
en nachten
bij wijlen beukten we langer
en luider, zongen, dansten
dronken sappen van vruchten
vreeën en vraten
oesters en zwijnen
we wisten dat we waren in de jaren
en de jaren in ons
dat we kwamen en weer gingen
jako fennek
een heftig tafereeltje zet onze jako neer bij deze uitermate rustige vrouw van hopper die alles onder der hoed houdt. mogelijk kijkt ze even tussendoor in een naslagwerk hoe die fennek verder nog te bevredigen is. ik zou het ook anders niet weten. wat een toestanden als heer fennek zich begeeft op poëtisch terrein. dames schenk jako een hoppertje en je hebt elke avond vuurwerk. (wat blijft ie stout he?)
pomgedichten@gmail.com
mag ook gebruikt
Wie neemt haar toekomst in handen
Zij leest het jaar in jaar uit in de Margriet
vlucht als een libelle voor de winter
zoals ze reist in haar dooie eentje
op weg naar een volwaardig buitenhuis
in het raam gaat de haast langs haar heen
daar waar tussen bomen oud leven uitwaait
ze denkt terug aan wie ze achterliet
opluchting onder een hoed gevangen
vandaag is hoop haar gezel ze neemt de tijd
voor nieuw een spannende verovering
niet weer een man die blijft zagen
aan de eikenhouten koppen van het meubilair
verse adem halen voor een ander jaar
een volgende ronde aardige kansen de wereld
is weer jong klopt fris aan haar rijzende borsten
op weg naar wie haar neemt zoals ze is
wie ze samen zijn
FT 28122015
om de zorgen van een bewogen 2015 van ons af te blazen en tevens ter nagedachtenis aan hen die ons ontvielen, schreef ik dit ‘belmertje’:
mijn goede voornemen
met vaste blik kijk ik vooruit
naar de eerste dag van januari
ik recht mijn rug neem een besluit
eens en voorgoed uit de penarie
ik stopte zonder vorm van spijt
maar zit sindsdien intens te kniezen
met lollies dood ik nu de tijd
zal ik het winnen of verliezen
en nu over een dag of vier
weet ik beslist dat ik zal winnen
want dan zal ik met veel plezier
opnieuw met roken gaan beginnen
joop komen
De overgang
Het nieuwe jaar is groen
in deze vers omheinde wei.
Ik voel me net een ram
wanneer hij wordt geschoren.
Niemand zal bewegen
als de golven goed vibreren.
Er ligt een toekomst klaar
om door anderen in te laten vullen.
Het komend jaar leent zich niet
voor te dwaze voornemens
in de waan van de dag.
Een beetje kerel wapent zich
in de waan van de dag
voor te dwaze voornemens.
Het komend jaar leent zich niet
om door anderen in te laten vullen.
Er ligt een toekomst klaar
als de golven goed vibreren.
Niemand zal bewegen
wanneer hij wordt geschoren.
Ik voel me net een ram
in deze vers omheinde wei.
Het nieuwe jaar is groen.
Overstappen
Ik las het land toen ik onderweg was
Ik herkende torens in de verte voorbij het gras
Zag rivieren waarvan ik de naam ooit geweten had
Las de naam van een stad op het blauwe bord
Op het perron waar we even stil stonden
Holde ik slepend aan mijn koffers
Snelle voetstappen op de trap
De trein bewoog alweer ik keek je aan
Ronald M.Offerman
Amsterdam 30-12-2015